Dat heeft zij dinsdag gezegd naar aanleiding van een verhaal dat deze week in de Nieuwe Revu verschijnt. De raadsvrouw kreeg het verzoek toegespeeld van journalist Karskens, die voor het blad werkt.Het gaat om een Afghaan die tijdens bombardementen op 25 september in het gehucht Kakrak een dochter en twee broers verloor, alsmede om nabestaanden van 22 slachtoffers van een bombardement op een gehucht in de buurt van Chora.

Naar de bombardementen op Chora loopt nog een onderzoek van het Openbaar Ministerie in Arnhem. De bombardementen op Kakrak waren het gevolg van luchtsteun die werd gegeven aan een poging van het Afghaanse leger samen met Amerikanen een Taliban-rechtbank tegen te houden die bezig was executies uit te voeren, zo laat Defensie weten. Het ging echter niet om Nederlands luchtsteun.

Volgens Zegveld zijn er veel slachtoffers gevallen bij de bombardementen. „Het Joegslavië Tribunaal heeft eerder vastgesteld dat aantallen slachtoffers indicatief zijn voor het schenden van oorlogsrecht en dat het waarschijnlijker is daar er sprake van is als er grote aantallen slachtoffers zijn".

Het ministerie van Defensie stelt dat er nog geen contact was met de advocate. Defensie heeft zowel in Chora als in Kakrak contact gezocht met de bevolking en maakte een inventarisatie van de schade. „Mocht er bij de bevolking in Uruzgan het gevoel bestaan dat hen onrecht is aangedaan, dan zullen we er naar kijken", stelt een woordvoerder. „We staan open voor een dialoog. We hebben niks te verbergen".