Dat maakte Roosendaal donderdagmorgen bekend.De Stichting Keerpunt had bij de commissie bezwaar aangetekend tegen de 52 koopzondagen en was in het gelijk gesteld. Volgens Keerpunt werd door de verruimde openingstijden zowel de Winkeltijdenwet als de zondagsrust geschonden. Bovendien zou de gemeente ten onrechte een vergunning hebben verleend omdat de koopzondagen goed zouden zijn voor de toeristische aantrekkingskracht van Roosendaal. En dat laatste is volgens Keerpunt zeker niet het geval. Niet in de laatste plaats omdat de West-Brabantse plaats nauwelijks toeristische trekpleisters kent.

De gemeente Roosendaal heeft besloten het standpunt van haar eigen adviesorgaan naast zich neer te leggen en het aantal koopzondagen voor Rosada -voor het stadscentrum zijn er dat vijftien- te handhaven.

Het advies is volgens de gemeente juridisch onjuist. De commissie spreekt over een ontheffing op een aanvraag, terwijl het volgens de gemeente gaat om een algemene openstelling van alle winkels in het gebied. De gemeente wijst daarbij nog op het feit dat de raad haar tijdens de vergadering van mei 2007 de bevoegdheid daartoe heeft verleend.

Ook met de onterechte toepassing van het toeristische regime is de gemeente het niet eens. „In de Winkeltijdenwet worden geen nadere eisen gesteld aan het begrip toeristische aantrekkingskracht”, zo stelt PvdA-wethouder Pelle. „Verder is de aantrekkingskracht van de toeristische voorzieningen in Roosendaal wel degelijk voldoende”, vindt Pelle, die daarbij refereert aan twee onafhankelijke rapporten. Dat de gemeente Roosendaal de openstelling bij Rosada gebruikt om de toeristische aantrekkingskracht van Roosendaal te vergroten, ontkent hij dan ook ten stelligste.