Binnenland

Eikendetective ontrafelt Garderens mysterie

GARDEREN - Niet de tijd van Karel de Grote; eerder die van Napoleon. Dat is de ontstaanstijd van bepaalde eiken op de Veluwe. Ze zijn bij lange na geen 1000 jaar oud, zoals werd gedacht. Maar de bomen hebben wél een tipje van de sluier van het verleden opgelicht. Ze vertellen het verhaal van ploeteraars in arme grond en schapen die eikenblad niet versmaadden.

Jacob Hoekman
13 December 2007 09:37Gewijzigd op 14 November 2020 05:22

”Kootwijkerzand geeft geheim prijs”, kopte deze krant vrijwel exact zes jaar geleden. ”Levende bomen van duizenden jaren oud ontdekt”, meldde de onderkop.Op dat laatste is wel wat af te dingen, blijkt nu. Met 250 jaar is de koek echt wel op. Dat heeft Wageningen Universiteit uitgevogeld, samen met de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten. Wensdag presenteerden de onderzoekers in Garderen hun bevindingen.

„Van het cluster eiken dat we hebben onderzocht, kunnen we zeggen dat het oudste deel er in 1826 al stond”, aldus Jan den Ouden, bomendeskundige van Wageningen Universiteit. „Op grond van een nattevingerschatting zeg ik dan: Laten we er nog eens vijftig jaar bij doen voor het moment dat de oorspronkelijke eikel ontkiemde. Dan kom je op 200, misschien 250 jaar. Maar zeker geen 1000.”

Achteraf gezien had Den Ouden al in 2001 zijn twijfels over de veronderstelde ouderdom. „Tweehonderd jaar voor een eik kan makkelijk. Driehonderd ook. Maar het gat naar 1000 jaar of nog meer is veel te groot.” De onderzoeker kan zich voorstellen dat de uitkomst voor sommige mensen teleurstellend is, „maar wat ervoor in de plaats is gekomen, maakt de geringere leeftijd meer dan goed. We weten nu veel meer over de ontstaansgeschiedenis van dit soort eikenclusters en over de cultuurhistorie die erachter zit.”

Uiteindelijk is er dan toch een mysterie op de Veluwe opgelost, betoogt Den Ouden. Gelukkig - de krantenkop van zes jaar geleden klopte toch. Het is het mysterie van hoe deze oude groepen eikenbomen ontstonden. Kort gezegd werd lange tijd gedacht dat daar maar één manier voor was: die van houtkap. Wanneer jonge eiken dicht bij de grond herhaaldelijk worden afgekapt, groeien er steeds opnieuw stammetjes uit. Die methode werd op de Veluwe eeuwenlang toegepast vanwege de verdiensten die het hakhout opleverde. Den Ouden: „Men ploeterde hier wat af op de arme grond.”

Daardoor wordt de stamvoet dikker en dikker. Die stoof of stoel, zoals de stamvoet ook wel heet, kan enorme afmetingen aannemen en verdwijnt onder de grond. De eiken die dicht bij elkaar uit de grond komen, zijn uit dezelfde stoof voortgekomen. Het zijn identieke bomen. Omdat dit proces het gevolg is van eeuwenlang hakbeheer, was de conclusie in 2001 al snel getrokken: de clusters zijn misschien wel 1000 jaar oud.

Mis, zegt Den Ouden nu. Er is nóg een manier waarop identieke bomen in een cluster kunnen ontstaan, en wel door begrazing van met name schapen. Daardoor gaan de takken niet de hoogte in, maar ze kruipen over de grond - wat veel sneller kan gaan dan de groei van een stamvoet. Die horizontale takken op de grond ontwikkelen op hun beurt ook weer wortels, waarop een nieuwe stam kan groeien. En voilà, een compleet eikencluster van identieke bomen in relatief korte tijd.

Een baanbrekende conclusie? Den Ouden wijst met enige ironie op een publicatie uit 1926 waar dezelfde gedachte van verwortelende eikentakken wordt beschreven. „Dat is het leuke van onderzoek: dat je steeds weer dingen herontdekt. Je voelt je een soort detective in Garderen.”

Wat nu nog moet gebeuren, is het reproduceren van de eikenclusters. Den Ouden wijst op de bomengroepen in het Wilde Kamp bij Garderen. De hond van de boswachter van Staatsbosbeheer xx snuffelt aan de wortels. De clusters ogen alle flink op leeftijd, want gegraasd wordt er vandaag de dag niet veel meer bij Garderen. Maar omdat de bomen een grote cultuurhistorische waarde hebben, moeten ze behouden blijven, vindt Stichting Het Geldersch Landschap. „Het is een beetje dezelfde discussie als met de Anne Frankboom. Bestaande bomen gaan een keer dood, verjongen door reproductie is de enige optie.”

Het Geldersch Landschap wil daarom heideschapen inzetten, om het proces van vroeger na te bootsen. Er komen mogelijk zelfs proeven met speciale Deense heidekoetjes, legt een woordvoerder uit.

Het hondje van de boswachter zal er niet wakker van liggen. Verveeld knabbelt het aan een jong eikje. Wellicht een heidehondje? Zijn baasje knikt instemmend. „Speciaal hiervoor uitgevonden.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer