Dit zei de raadsman van RGV donderdag bij de Raad van State in Den Haag.De provincie Gelderland, het waterschap en RGV kruisten donderdag de degens over een besluit van het waterschap om de plas als waterbergingsgebied aan te wijzen en het maximale waterpeil op 5,66 meter in plaats van 4,7 meter te zetten.

„Die 4,7 meter is al 38 jaar de hoogte van het water in de plas. Alle voorzieningen, zoals oeverbeschoeiingen, steigers, zwemdieptemarkeringen en strandvoorzieningen zijn daar op afgesteld. Bij een hogere waterstand zal dat allemaal tegen hoge kosten moeten worden aangepast”, aldus de raadsman van RGV.

Het waterschap ontkende ten stelligste dat de recreatieplas permanent op een hoger peil komt te liggen. „Alleen bij zeer extreme regenval en in de winter kan het peil met enkele tientallen centimeters stijgen. In de zomer, wanneer de plas voor de recreatie wordt gebruikt, blijft het peil in de praktijk op 4,7 meter. We willen juist meer waterbergend vermogen in de winter om te voorkomen dat er bijvoorbeeld wateroverlast in Twello optreedt”, zei John Meyberg van het waterschap bij de Raad van State.

Overigens is de kans groot dat het waterschap zijn huiswerk moet overdoen aangezien het aanwijzen van de plas als waterberging geen correct bestuursrechtelijk besluit is. Bovendien is volgens de Raad van State de overloop(duiker) van de plas al voorzien van een afsluiter die een waterstand van tussen de 4,7 en 5,6 meter kan regelen.

De jurist van het waterschap zei dat deze rechtszaak een testcase is om te zien of en welke mogelijkheden waterschappen hebben om waterbergingen aan te wijzen.

Uitspraak volgt over enkele weken.