De procureur-generaal bij de Hoge Raad wil eerst meer onderzoek laten doen voordat hij kan beslissen of hij het hoogste rechtscollege vraagt de zevenvoudige moordzaak te heropenen. Mogelijk besluit de advocaat van de Haagse verpleegkundige, Stijn Franken, zelfstandig een dergelijk verzoek aan de raad te richten. Hij beraadt zich daar nog op.De 46-jarige De B. is veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf. Behalve voor zeven moorden is ze voor drie moordpogingen op patiënten veroordeeld. Ze zou de misdaden hebben gepleegd tijdens haar werk in vier Haagse ziekenhuizen, waaronder het Juliana Kinderziekenhuis.

De procureur-generaal, de onafhankelijke adviseur van de Hoge Raad, vindt het noodzakelijk dat wordt onderzocht of een baby van een halfjaar oud inderdaad is vergiftigd. Met de onverklaarbare dood van dit kind kwam de zaak-Lucia de B. in september 2001 aan het rollen. Bovendien zag het gerechtshof dat De B. veroordeelde dit sterfgeval als zaak met het sterkste bewijs. Pas als duidelijk is dat het om vergiftiging gaat, kan de pg zijn besluit nemen.

De conclusies van de Commissie evaluatie afgesloten strafzaken (CEAS) zijn volgens de adviseur van de Hoge Raad niet genoeg voor een verzoek tot heropening van de zaak. Een driemanschap van deze commissie concludeerde onder meer dat wetenschappers verschillen van mening over de vraag of de baby vergiftigd is.

Op zich kan zo’n meningsverschil tussen wetenschappers reden zijn voor herziening. In dit geval geldt dat niet, vindt de pg, omdat deze wetenschapper niet alle relevante documenten heeft kunnen bestuderen. Daarom wil de pg onder meer dat ten minste drie deskundigen deze stukken nog eens analyseren. Het nieuwe onderzoek neemt een aantal maanden in beslag.

Advocaat Franken betreurt dat opnieuw onderzoek wordt verricht. Volgens hem heeft de CEAS dat al zeer uitvoerig en gedegen gedaan.