Op 23 juli was W. met een doorgeladen pistool op zak naar de woning van zijn ex gegaan om daar te praten over de verwekker van zijn inmiddels meerderjarige zoon. Hij verdacht de vrouw ervan dat de zoon door een andere man was verwekt.De vrouw had geen zin in een dergelijk gesprek en er ontstond een woordenwisseling. Vervolgens pakte W. zijn pistool en maakte met zes schoten een einde aan het leven van zijn ex-vrouw. De rechtbank meent dat W. met voorbedachten rade handelde. Hij had immers zijn pistool op voorhand al bij zich gestoken. Er lag geruime tijd tussen het in bezit krijgen van het pistool en het daadwerkelijke schieten. Het verweer dat W. impulsief zou hebben gehandeld en dat hij zou hebben geschoten om haar te laten schrikken, werd door de rechtbank verworpen.

W. was jaloers van aard en er waren veel ruzies geweest over zijn vaderschap van zijn jongste zoon.