Dat blijkt uit de beleidsbrief ”Een zaak van iedereen” die Koenders dinsdagmorgen heeft gepresenteerd.Gelijke rechten voor vrouwen en meisjes zijn voor het kabinet „een absolute prioriteit”, schrijft Koenders in zijn beleidsbrief. Vrouwen moeten een betere toegang krijgen tot scholen, tot de arbeidsmarkt en tot politieke functies. Ze moeten ook meer zeggenschap krijgen over hun eigen lichaam en zonder dwang kunnen beslissen of ze kinderen willen krijgen, en zo ja hoeveel.

Over dat laatste maakt Koenders zich de meeste zorgen. Hij bespeurt een „toenemende weerstand” tegen een grotere keuzevrijheid op het gebied van seksualiteit en voortplanting. Dat is „zorgelijk”, meent hij. Nederland wil helpen emancipatie en seksualiteit bespreekbaar te maken, kondigt de bewindsman aan. Het kabinet voert in dat kader ook een onderzoek uit naar de positie van homoseksuelen in ontwikkelingslanden.

Moedersterfte wil Koenders terugdringen door de opleiding van vroedvrouwen te verbeteren en door meer informatie over gezinsplanning en meer voorbehoedmiddelen te verstrekken. De bewindsman bindt ook de strijd aan met geweld tegen vrouwen, zoals eerwraak, besnijdenis en verkrachting in oorlogsgebieden.

Koenders stelt verder in zijn beleidsbrief dat de religieuze polarisatie in de wereld toeneemt. Na 11 september 2001 wordt de islam door een deel van de westerse bevolking gezien als een ideologie die geweld rechtvaardigt. Die polarisatie hindert de ontwikkeling van landen. Koenders wil dat culturen en religies over en weer met elkaar kennismaken om de angst en het wantrouwen te verminderen.

Hij bepleit een „meer politieke” ontwikkelingssamenwerking, die gericht is op een eerlijker verdeling van alle middelen.