Eigenlijk had een aftreden in een eerder stadium voor de hand gelegen, laat Kolijn weten. „Maar helemaal nu er een veroordeling ligt, is terugtreden niet meer dan logisch.”De 56-jarige vishandeleigenaar K. werd woensdag, samen met tien andere Urkers, voor visfraude door de rechter veroordeeld tot een werkstraf van zestig uur en een voorwaardelijke celstraf van een maand. Hij is echter nog steeds in functie als raadslid voor de SGP.

Kolijn geeft toe dat hij op dit moment geen middelen heeft om iets aan de positie van het raadslid te kunnen doen. „De kwestie ligt bij de lokale kiesvereniging. Als die vindt dat K. door kan gaan, heeft het hoofdbestuur daar weinig over te zeggen. Wij komen pas in beeld als de kiesvereniging het raadslid wil royeren.”

Overigens zegt de SGP-voorzitter er geen problemen mee te hebben als K. bij een volgende verkiezing weer kandidaat zou worden gesteld. „Mits hij zijn zonden belijdt en laat. Het zou van slechte christelijke ethiek getuigen als we iemand opnieuw zouden afwijzen. Maar dan moet er wel oprecht berouw worden betoond natuurlijk.”

Als er meteen spijt zou worden betuigd, kan het raadslid evenwel niet aanblijven in deze periode, aldus Kolijn. „Deze zaak is al veel eerder begonnen. Hij had allang weg moeten zijn.”