LPF beschikt weer over leiders
De moord op Pim Fortuyn veranderde de piepjonge LPF in één klap van een leider zonder partij in een lijst zonder leider. Ruim vier maanden later lijkt de balans tussen die uitersten binnen handbereik. De partij wordt in hoog tempo opgetuigd en de nieuwe leiders dienen zich aan.
Opvallend stil werd het woensdag in de halfronde arena van de Tweede Kamer toen de 38-jarige fractievoorzitter Wijnschenk zich voor het eerst achter het spreekgestoelte posteerde. Het kersverse LPF-kamerlid zou niet alleen zijn maidenspeech gaan houden, maar moest ook een proeve afleveren van zijn bekwaamheid om de tweede fractie van het huis te leiden.
Een jaar geleden was hij uitgever van enkele motorbladen. Hij volgde de algemene beschouwingen hooguit via radio en televisie. Hij had geen idee van wat hem in luttele maanden tijd zou kunnen overkomen. Maar toen Pim Fortuyn plotseling verkiezingsfurore maakte, ontstonden de ambities. Wijnschenk meldde zich in Rotterdam. Mocht in eerste instantie de post sorteren, maar verkreeg ten slotte de 28e positie op de kieslijst.
De plotselinge dood van Fortuyn was een schok. Zijn woordvoerder Herben moest de verweesde lijst naar de verkiezingen leiden. Zesentwintig zetels; de nummers 2 tot en met 27 verkozen. Omdat echter twee mensen er geen zin meer in hadden, werd ook Wijnschenk kamerlid. Een havik in een fractie die het onderhandelaar Herben tijdens de coalitiebesprekingen toch al flink lastig maakte.
Toen Herben zich na zijn succesvolle missie terugtrok, zag Wijnschenk zijn kans schoon. Als outsider won hij het vertrouwen van de fractie, vóór de leden Van As en Palm. Gisteren moest hij dat vertrouwen waarmaken. Tijdens de eerste algemene beschouwingen met het kabinet-Balkenende. Met een speech waaraan was geschaafd alsof het de State of the Union was van de Amerikaanse president.
Voormalig vice-fractievoorzitter Hoogendijk, oud-hoofdredacteur van Elsevier, leverde de opzet. Die werd verder ingekleurd door de fractiespecialisten. Minister Heinsbroek en staatssecretaris Van Eijck lieten er hun financieel-economische licht over schijnen. Een media-adviseur lakte de zaak af. En Wijnschenk oefende uren op de tekst onder de titel ”Regeren is een werkwoord”.
Het werd ook een goede speech. Kort en bondig. Geen wollig taalgebruik. Goed van toon. „De 26 vertegenwoordigers van de Lijst Pim Fortuyn in deze Kamer zijn het zichtbare bewijs van de boosheid die in mijn fractie letterlijk een stem gekregen heeft (…) Wij zijn géén partij die de onvrede koestert, maar een partij die er keihard aan wil werken om de boosheid juist te laten verdwijnen.”
Maar werd hij onderbroken door andere fractievoorzitters, voor vragen en korte debatjes, dan kreeg Wijnschenk het onmiddellijk moeilijk. Ad rem reageren op aanvallen van de door de wol geverfde GroenLinks-leider Rosenmöller is geen sinecure. En staande blijven tegen SP-voorman Marijnissen valt ook niet mee.
Ja, hij was zenuwachtig geweest, gaf Wijnschenk na afloop grif toe. Hij wist dat het beeld van zijn eerste optreden gemengd was. Geen gehakkel, ook geen ongenaakbare standvastigheid. Voldoende om het vertrouwen van de fractie te behouden. En de welwillendheid van de concurrentie.
Mochten er nu verkiezingen zijn, dan zou Wijnschenk lijsttrekker kunnen worden. Ware het niet dat in de voorbije dagen binnen de LPF nog een leider is opgestaan. Minister Heinsbroek van Economische Zaken. Ook sinds de presentatie van de Miljoenennota deze week trekt hij weer alle aandacht.
De media zijn gek op Heinsbroek. De flamboyante zakenman, die per ongeluk in de politiek verzeilde, is altijd goed voor een fel debat en een gepeperde uitspraak. Heeft lak aan strikte regeltjes. Concentreert zich op de grote lijn. Geen man van gemiezemuis, maar van kansen pakken, winsten halen.
Heinsbroek heeft het vermogen -financieel en intellectueel- om nonchalant in het leven te staan. Hij houdt van proefballonnetjes oplaten. Als een rechtse Pronk scheert hij langs de grenzen van het kabinetsbeleid. Geeft gerust zijn persoonlijke, afwijkende visie, zonder zich aan zijn verantwoordelijkheid voor het beleid te onttrekken.
Heinsbroek lijkt Fortuyn in zijn genen te hebben. Rijdt in een Bentley, woont in een luxueuze villa, draagt uitgekiende en peperdure kleding. Heeft ook die echte antiregentenmentaliteit. Is net als Fortuyn overtuigd van zichzelf. „Waarom dit gewoon gaat gebeuren? Omdat ík het ga doen.” En: „Ik ben daadkrachtiger dan al mijn voorgangers.”
Formeel is minister Bomhoff als vice-premier de aanvoerder van het LPF-smaldeel in het kabinet. Maar Heinsbroek blijkt de natuurlijke leider. Een uiterst aantrekkelijke partijleider voor de toekomst. Ja, beter dan Wijnschenk. En met meer ervaring.