„Belle van Zuylen niet juiste toren op juiste plek”
DEN HAAG - Milieuminister J. Cramer vindt de 262 meter hoge toren ”Belle van Zuylen” in de Utrechtse nieuwbouwwijk Leidsche Rijn niet de juiste toren op de juiste plek.
Dat stelde haar woordvoerder zaterdag in reactie op het advies van de rijksbouwmeester, Mels Crouwel, over de plannen voor de bouw van de woon- en kantoortoren die de hoogste van de Nederland moet worden.Volgens de zegsman volgt de bewindsvrouw het advies van de rijksbouwmeester, die deze week zijn vraagtekens heeft gezet bij de bouwplannen. Zo vraagt Cramer zich af of de toren past in de omgeving waar hij is gepland, vooral omdat er in de buurt overwegend laagbouw staat en het gebied grenst aan het Groene Hart.
De bewindsvrouw wil het advies over de Belle van Zuylen nog verder bestuderen om vervolgens daarover de Tweede Kamer te informeren. De woordvoerder wijst erop dat er Kamervragen zijn gesteld, maar dat de gemeente Utrecht het laatste woord heeft over het afgeven van een bouwvergunning voor de toren. Wel wordt ervan uitgegaan dat de gemeente waarde hecht aan de mening van Den Haag.
Cramer heeft de rijksbouwmeester ook om een advies gevraagd over hoe om te gaan met hoogbouw. Het is niet duidelijk wanneer dat beschikbaar is. De woordvoerder benadrukte daarbij dat de minister „absoluut niet tegen hoogbouw” is. Het kan een oplossing bieden bij het zoeken van een balans tussen een meer open landschap en het voldoen aan de bouwdoelstellingen.
Uit een haalbaarheidsonderzoek bleek in juni dat de Belle van Zuylen qua hoogte, fundering, constructie, (brand)veiligheid, ruimtelijke inpassing en financiën haalbaar is. Het college van Utrecht verwacht dat de toren door het bijzondere karakter „een grote toeristische en economische aantrekkingskracht” heeft.