Gemeenten ongerust over akkoord met corporaties
DEN HAAG - Veel gemeenten zijn ongerust over de gevolgen van het maandag gesloten akkoord tussen minister Vogelaar (Wonen, Wijken, Integratie) en de woningcorporaties over de aanpak van probleemwijken. Dat zegt de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).
Het Rijk en de corporaties pakken nu wel veertig probleemwijken aan, aldus de vereniging, maar laten investeringen elders mogelijk na. De vrees van de VNG is dat er onvoldoende geld is voor stedelijke gebieden waar minder problemen spelen.De corporaties moeten meebetalen aan de wijkaanpak en zijn ook vennootschapsbelasting verschuldigd. Daarnaast zullen de huren de komende jaren nauwelijks stijgen, „dus daar teren de corporaties op in”, aldus de VNG. De koepel waarschuwt ook voor bureaucratische rompslomp doordat elk van de departementen die bijdragen aan de plannen, zijn eigen regels gaat hanteren.
De Woonbond is blij dat Vogelaar en de woningcorporaties een akkoord hebben gesloten over een fonds voor de probleemwijken. Voorzitter Paping is blij dat in de overeenkomst is afgesproken dat de huren de komende vier jaar gekoppeld worden aan de inflatie. Hij vraagt zich wel af in hoeverre huurders worden betrokken bij de bestedingen van het fonds. Bovendien wil de Woonbond weten hoeveel huurders zullen profiteren van de afspraak dat hun woning energiezuiniger wordt gemaakt.
Vogelaar kreeg de corporaties gisteren zover na de dreiging met een miljardenheffing voor de sociale huisvesters. De woningcorporaties dragen de komende tien jaar 2,5 miljard euro bij aan het opknappen van de veertig probleemwijken. Bovendien gaan zij winstbelasting betalen. „We kunnen met recht en reden zeggen dat dit een zware bevalling was”, aldus de PvdA-bewindsvrouw bij de presentatie van het akkoord, gisteren in het Haagse Perscentrum Nieuwspoort. Ze wijst op de heffing die de corporaties bij het uitblijven van een akkoord hadden moeten betalen. „Ik had een heffingswet klaarliggen, inclusief het advies van de Raad van State.”
De corporaties zullen hun bijdrage naar draagkracht storten. Zij mogen de geldpot zelf beheren. Dat betekent een tegenvaller voor minister Bos van Financiën, omdat het fonds daarmee niet positief uitpakt voor het begrotingssaldo. Wel „staat daar voor een deel de vennootschapsbelasting tegenover”, aldus Vogelaar.
De opbrengst van deze winstbelasting zou jaarlijks 500 miljoen euro bedragen. Volgens Willem van Leeuwen, voorzitter van de koepel van woningcorporaties Aedes, doet dit dan ook „vreselijk zeer.” „We komen hierover met het kabinet nog te bespreken”, waarschuwt hij. Van Leeuwen is echter „heel tevreden over dit akkoord: wij weten nu waar we aan toe zijn.”
De 2,5 miljard euro die de corporaties moeten ophoesten, is minder dan de 3 miljard euro die het kabinet wilde heffen. Volgens Vogelaar zit er echter meer in het vat dan de bijdrage van de corporaties. Binnen het kabinet zullen andere ministeries een nog onbekend bedrag bijdragen, stelt zij. Als voorbeeld noemde Vogelaar de minikredieten aan kleine ondernemers van het ministerie van Economische Zaken.
In het akkoord hebben Vogelaar en de woningcorporaties een aantal zaken uitgeruild. De bijdrage van de corporaties aan de uitgaven voor de huurtoeslag gaat definitief niet door. Wel blijven de huren gekoppeld aan de inflatie. Op hun beurt beloven de sociale huisvesters in de periode 2007-2010 150.000 woningen te bouwen.
De coalitiepartijen PvdA en CDA reageren positief op de overeenkomst. Voor het CDA telt zwaar mee dat het fonds ook openstaat voor corporaties in andere dan de veertig probleemwijken. „Dat hebben wij altijd bepleit. Die andere wijken mogen niet veronachtzaamd worden”, aldus CDA-Tweede Kamerlid Van Bochove.
De VVD eist zekerheid op dit punt, stelt de kamerlid Van der Burg. Ook de koepel van Nederlandse gemeenten, de VNG, wil weten of met het akkoord de woningcorporaties in andere gemeenten nog wel investeringen kunnen doen.
De SP hekelt de nieuwe vennootschapsbelasting, omdat het geld niet naar de wijken maar naar de schatkist gaat. „Corporaties zijn sociale instellingen. Winstbelasting staat daar haaks op”, aldus Kamerlid Paulus Jansen. Het zint hem verder niet dat voorzieningen voor bijvoorbeeld scholen gefinancierd gaan worden uit het fonds. „In het verleden kwam dat geld uit de algemene middelen, of de onderwijsbegroting”.