Buitenland

Onverwacht bezoek Bush aan Irak

BAGDAD - De Amerikaanse president Bush heeft maandag tijdens een onverwacht bezoek aan Irak gezegd dat een deel van de Amerikaanse troepen dat land mogelijk kan verlaten, als de veiligheid blijft verbeteren. Hij zei niet hoeveel militairen er eventueel zullen vertrekken en wanneer dat zou kunnen gebeuren.

Buitenlandredactie
4 September 2007 11:43Gewijzigd op 14 November 2020 05:04

Op de afgelegen en zwaarbeveiligde luchtmachtbasis al-Asad sprak hij met de militaire top en de Iraakse premier Nouri al-Maliki en president Jalal al-Talabani over de toekomstige Amerikaanse strategie in Irak. Het was het derde bezoek van Bush aan Irak.In de VS wordt de roep om het verminderen van het aantal troepen in Irak steeds sterker. Bush zei echter dat beslissingen daarover zullen worden gebaseerd op „een rustige taxatie van onze militaire bevelhebbers over de omstandigheden ter plaatse, en niet op een nerveuze reactie van politici in Washington op de uitslagen van opiniepeilingen die in de pers verschijnen.”

Volgende week zullen de commandant van de Amerikaanse troepen in Irak, generaal David Petraeus, en de Amerikaanse ambassadeur Ryan Crocker voor het Congres in Washington verschijnen om uitleg te geven over de stand van zaken. Op grond van hun verslag en een voortgangsrapportage van het Witte Huis zal het Congres beslissen hoe het verder moet in Irak.

Het besluit van Bush om een basis in de provincie Anbar aan te doen, is geen toeval. Hij wil hiermee zijn steun uitspreken voor de soennitische provincie, waar steeds meer voormalige rebellen samenwerken met de Amerikaanse strijdkrachten. Met het bezoek toont Bush zijn waardering voor deze „opmerkelijke ommekeer”, aldus het Witte Huis.

Lang was Anbar een van de onveiligste provincies en het centrum van de soennitische opstand. Lokale stammen die voorheen tegen de Amerikanen vochten, werken steeds vaker met het Amerikaanse leger samen tegen radicale groepen zoals al-Qaida. Deze strategie wordt nu ook toegepast in andere provincies. De Iraakse regering is niet blij met deze methode. Bush ontmoette maandag enkele stamhoofden.

De Amerikaanse president besloot in januari 30.000 extra militairen naar Irak te sturen om het land te helpen stabiliseren. Er zijn nu 162.000 Amerikaanse militairen in Irak. Democratische politici dringen aan op vermindering van de troepensterkte, en met een Amerikaans dodental dat inmiddels de 3700 is gepasseerd, kan Bush de Iraakse premier Nouri al-Maliki niet veel meer tijd gunnen om een politieke oplossing te vinden voor de problemen in zijn land.

Bush bezocht Irak op weg naar een internationale conferentie in Australië.

Minister van Defensie Robert Gates vloog apart naar Irak en voerde besprekingen met premier Al-Maliki, president Al-Talabani en andere hoge Iraakse functionarissen. De Amerikaanse stafchef generaal Peter Pace en de commandant van de Amerikaanse strijdkrachten in het Midden-Oosten admiraal William Fallon vlogen met hem mee.

Vertegenwoordigers van soennitische en sjiitische groeperingen uit Irak zijn het tijdens geheime onderhandelingen in Finland eens geworden over een routekaart voor vrede. Dat is maandag, op de vierde en laatste dag van de besprekingen, bekendgemaakt.

Onder de deelnemers bevonden zich vertegenwoordigers van de radicale sjiitische geestelijke Muqtada al-Sadr, de leider van het grootste soennitisch-Arabische blok, Adnan al-Dulaimi, en de sjiitische voorzitter van de commissie buitenlandse zaken van het Iraakse parlement, Humam Hammudi.

Zij spraken uitgebreid met mensen die nauw betrokken zijn geweest bij de vredesprocessen in Zuid-Afrika en Noord-Ierland. Onder wie leden van de regering van Nelson Mandela en de voormalige IRA-commandant Martin McGuinness, die nu met ds. Ian Paisley leidinggeeft aan de Noord-Ierse regering.

„De deelnemers hebben zich ertoe verplicht te gaan werken aan een stevig raamwerk voor een duurzame regeling”, zo luidde een verklaring die het Crisis Managament Initiatief (CMI), dat de besprekingen organiseerde, uitgaf.

Uit een peiling van het BBC-programma Newsnight bleek maandag dat meer dan tweederde van de Britse bevolking vreest dat Groot-Brittannië de oorlog in Irak verliest. Meer dan de helft (52 procent) van de ondervraagden zei dat de oorlog reeds was verloren, terwijl 17 procent zei dat men bezig was de oorlog te verliezen.

Slechts een op de acht ondervraagden had een positief oordeel over de uitkomst van de oorlog in Irak. Volgens het onderzoek vindt 42 procent van de Britten dat premier Gordon Brown zo snel mogelijk de troepen moet terugtrekken. Een op de drie ondervraagden meent dat de aanwezigheid van Britse militairen de situatie alleen maar slechter maakt.

In het noorden van Irak heeft een choleraepidemie negen levens geëist. De uitbraak is veroorzaakt door het slechte waterleidingsysteem en de verslechterde waterinfrastructuur in het algemeen. Dat heeft een hoge medewerker van het Ontwikkelingsprogramma van de VN (UNDP), Paolo Lembo, maandag gezegd. Lembo’s verklaring staat haaks op een eerdere verklaring van het Amerikaanse leger, dat de epidemie niet is veroorzaakt door besmet water.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer