Binnenland

„Overheid moet claimcultuur aanpakken”

EDE - „Een kikker in een pan water krijgt bij langzame verhitting te laat in de gaten dat het water te heet voor hem wordt. Zo dreigt Nederland eraan te wennen dat er steeds meer een claimcultuur ontstaat. Het is hoog tijd dat de overheid maatregelen neemt.”

L. Vogelaar
29 August 2007 11:22Gewijzigd op 14 November 2020 05:03

Prof. dr. ir. H. Jochemsen, directeur van het Prof. dr. G. A. Lindeboominstituut voor medische ethiek, toont zich niet gelukkig met de uitspraak van het Haagse gerechtshof om een vrouw een schadeclaim toe te kennen nadat ze ongewenst zwanger raakte. Ze eist 400.000 euro van het IJssellandziekenhuis in Capelle aan den IJssel. Daar had een gynaecoloog gezegd dat ze niet meer zwanger kon worden. Desondanks raakte de vrouw in verwachting van een tweeling. Het ziekenhuis moet nu meebetalen aan de opvoeding van de kinderen, die inmiddels 13 jaar zijn.Jochemsen noemt de toename van dit soort rechtszaken een ongunstige ontwikkeling. „Artsen gaan zich hierdoor steeds meer indekken tegen claims van patiënten, en ziekenhuizen tegen claims van artsen én patiënten. Dat leidt enerzijds tot overmatige diagnostiek: extra tests en onderzoek om zich tegen eventuele claims van nalatigheid in te dekken. Dergelijke defensieve geneeskunde vraagt onnodig extra tijd en geld en doet dus afbreuk aan de kwaliteit van de gezondheidszorg. Anderzijds dekken artsen en ziekenhuizen zich financieel in. Dat leidt tot steeds hogere verzekeringspremies. Dat geld wordt onttrokken aan de echte zorg, maar moet wel door premies en bijdragen betaald worden. Wij betalen dit soort claims dus uiteindelijk met elkaar.”

De overheid moet ingrijpen, vindt Jochemsen. „We hobbelen steeds meer achter de Amerikaanse claimcultuur aan. In de Verenigde Staten staan de advocaten bij wijze van spreken de patiënten bij de uitgang van het ziekenhuis op te wachten: kunnen we een claimpje doen? Zo erg is het in Nederland nog lang niet, maar zo ver moeten we het ook niet laten komen. Dat vindt iedereen, maar ondertussen wordt er niets aan gedaan.”

Politiek, gezondheidszorg en patiëntenorganisaties moeten zich hierop gezamenlijk beraden, stelt de Bennekomse ethicus. „Ik pleit voor het Nederlandse poldermodel, in plaats van het liberale model waarbij iedereen voor zichzelf opkomt en waar de advocaten uiteindelijk het meeste profijt van hebben. Dat leidt tot een hardere samenleving, waarin geld een te grote rol speelt. We moeten een verstandige, sociaal verantwoorde oplossing zoeken. De gezondheidszorg is een gemeenschappelijk belang. Met z’n allen willen we die sector op een verantwoord niveau houden, waarbij iedereen weet dat er risico’s aan medische verrichtingen verbonden zijn. Die risico’s moeten we aanvaarden. Mensen kunnen echter niet meer met onverwachte dingen omgaan. Alles moet planbaar en beheersbaar zijn.”

Fonds
Jochemsen wil toe naar een gemeenschappelijk fonds. „Niet de rechter, maar deskundigen moeten vervolgens de medische missers beoordelen en over een tegemoetkoming beslissen. De bijdrage die dan eventueel uit het fonds wordt toegekend, zou een bescheiden omvang moeten hebben.”

Een bepaalde compensatie voor nadelige gevolgen van gemaakte fouten is niet verkeerd, beklemtoont de directeur van het Lindeboominstituut. „Vergelijk het met de veroorzaker van een ongeluk die het slachtoffer een schadevergoeding moet betalen. Dat is redelijk. We moeten echter wel verschil maken tussen fouten die volledig door een medicus veroorzaakt zijn en die waarbij de patiënt zelf ook een zekere verantwoordelijkheid heeft. Je kunt in dit geval niet zeggen: de dokter heeft een fout gemaakt en daardoor is de vrouw in verwachting geraakt. Dat gaat aan de eigen verantwoordelijkheid van mensen voorbij.”

Jochemsen trekt een vergelijking met de zaak-Kelly. Ook daarbij was het Haagse gerechtshof betrokken. Het bepaalde in maart 2003 dat het Leids Universitair Medisch Centrum aansprakelijk was voor de geboorte van een gehandicapt meisje, omdat de verloskundige niet had laten onderzoeken of het ongeboren kind een erfelijke afwijking had die in de familie voorkwam. Het gerechtshof stelde dat de ouders alle kosten mochten vorderen die ze voor de opvoeding en verzorging van Kelly maken tot ze 21 jaar is, terwijl het meisje zelf smartengeld mocht eisen voor het feit dat ze ter wereld was gekomen. „Als een rechter dergelijke uitspraken doet, schiet onze manier van omgaan met dergelijke zaken ernstig tekort”, vindt Jochemsen. „Het werkt een cultuur in de hand die we in Nederland verre van ons moeten houden.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer