Op de bijeenkomst in Amsterdam werden de aandeelhouders door het bestuur en de commissarissen bijgepraat over het bod van Candover van 47 euro per aandeel, ofwel ongeveer 1,5 miljard euro. Ruim 70 procent van alle aandeelhouders waren vertegenwoordigd.De grootste dwarsligger is het IJslandse Marel. Deze grootaandeelhouder aast op de divisie Food Systems van Stork, die net als Marel machines maakt voor de voedselverwerkende industrie. Marel maakt onderdeel uit van de investeringsgroep LME, die een belang heeft opgebouwd in Stork van ongeveer 32 procent. De IJslanders sluiten inmiddels niet uit dat ze met een bod komen op Stork als geheel.

Hoewel LME met Stork gesprekken heeft gevoerd, vinden de IJslanders eigenlijk dat ze „gewoonweg genegeerd" zijn, zei een vertegenwoordiger van de investeerder. Verder zette LME vraagtekens bij het feit dat Stork met een durfkapitalist in zee wil in plaats van met een branchegenoot.

Maar Vollebregt prees het bod. Daarbij verwees hij naar de recente onrust op de wereldwijde aandelenmarkten en „specifiek op de markten voor leningen". „Wellicht heeft u dit ook in uw eigen beleggingsportefeuille gevoeld. Ondanks deze nieuwe realiteit heeft Candover zijn bod en de hoogte ervan gehandhaafd", aldus de topman tegen de aandeelhouders.

Stork krijgt wel steun van Centaurus en Paulson, twee grootaandeelhouders waarmee het bedrijf eerder nog in de clinch lag over het te voeren beleid. De twee hedgefondsen willen hun belangen (in totaal 33 procent) wel aan Candover verkopen. Candover heeft inmiddels bepaald dat het bod wordt doorgezet bij een aanmelding van minstens 51 procent, wat geldt als een zeer lage drempel.

Stork en Candover zijn daarmee afhankelijk van de resterende aandeelhouders. Twee belangrijke zijn Delta Lloyd en Wanger Asset Management, samen goed voor ongeveer 10 procent van de aandelen. Of zij hun aandelen aanbieden, blijft vooralsnog onduidelijk. De termijn daarvoor loopt volgende week dinsdag af.

Peter Paul de Vries van de Vereniging van Effectenbezitters (VEB) noemde de bijeenkomst maandag „rommelig". Volgens hem heeft de overname door Candover geen kans van slagen wegens het grote belang dat LME houdt. „De oplossing is dat de divisie Food Systems alsnog naar Marel gaat. In ruil daarvoor verkopen de IJslanders hun aandelen aan Candover", aldus de voorman.

Vollebregt zei nog steeds met de IJslanders te willen praten. „Het is onze taak om te kijken of je een impasse kunt voorkomen", aldus de topman. De bestuursvoorzitter wilde niet reageren op de mogelijkheid dat Marel een bod doet op het hele concern.

Op geluiden dat Candover moeilijkheden zou krijgen het bod gefinancierd te krijgen bij een zeer laag aantal aanmeldingen, ging hij evenmin in. Voor zover hij weet is de financiering „uitstekend". Het is bekend dat Candover met banken opnieuw naar de voorwaarden moet kijken als minder dan 65 procent van de stukken zijn aangemeld.