Feiten over blauwtong
DEN HAAG (ANP) – Het virus blauwtong grijpt voor het tweede jaar op rij om zich heen in Nederland. De belangrijkste feiten op een rij (bronnen: LTO Nederland, Centraal Instituut voor DierziekteControle Lelystad en ministerie van Landbouw).
– Het virus is niet gevaarlijk voor mensen en huisdieren. Alleen herkauwers kunnen ziek worden van het virus. De insecten (knut) die het virus verspreiden, voeden zich met bloed van dieren. Het is zeer onwaarschijnlijk dat de knut een mens steekt. Mocht dit tóch het geval zijn dan worden mensen hier niet ziek van.– Het virus treft alleen herkauwers (runderen, schapen, geiten, herten, reeën en diverse bewoners van dierentuinen) en wordt verspreid door zogeheten knutten, dat zijn kleine insecten ter grootte van een fluitvliegje.
– Het virus wordt licht actief bij 15 graden. Bij een temparatuur van 18 graden neemt het risico op besmetting serieus toe. Hoe warmer het wordt, hoe actiever het virus.
– Een besmet dier kan hoge koorts en ontstoken lippen, oren en oogleden krijgen. Acht dagen na de infectie kan het dier sterven. Verreweg de meeste dieren die het virus dragen, worden helemaal niet ziek. Sterfgevallen als gevolg van de ziekte zijn uiterst zeldzaam.
– Vaccinatie van vee is niet toegestaan. De boeren mogen wel insecticiden gebruiken om de knutten te bestrijden. Verder kunnen ze hun dieren dag en nacht op stal houden.
– Er zijn 24 soorten blauwtong. In Nederland komt alleen type 8 voor. Tot nog toe heeft het virus in Nederland weinig directe schade aangericht. Bepaalde schapenrassen zijn wel kwetsbaar. Runderen worden nauwelijks ziek.
– Besmette dieren hoeven niet te worden afgemaakt. Wel moeten de beesten 60 dagen op de boerderij blijven. Het ruimen van vee is geen oplossing om verdere verspreiding van het virus te voorkomen.
– Vrijdag dook het virus voor het eerst dit jaar weer op in Nederland. Een bedrijf in Bavel (Noord–Brabant) had de primeur. Inmiddels is het virus op 24 bedrijven vastgesteld. Vorig jaar kende de ziekte één haard, dit jaar zijn er meerdere haarden waardoor de verspreiding sneller kan verlopen.
– Vorig jaar werden 457 besmettingen opgespoord. In werkelijkheid zijn er veel meer geweest, maar die zijn nooit aangetoond. Vermoedelijk heeft de helft van alle rundvee– en schapenbedrijven te maken gehad met blauwtong.