Binnenland

Vechten voor vroegere Veluwse levensaders

APELDOORN - Apeldoorn was nooit de huidige stad geworden zonder sprengen. Ook Arnhem zou een compleet ander aanzien hebben gehad. Toch is de aanpak van het herstel van de voormalige Veluwse levensaders veel te versnipperd, vindt de Bekenstichting. De Gelderse gedeputeerde Van der Kolk nam vrijdag een lijvig boek in ontvangst over de gegraven beken. „Ze leveren Gelderland een identiteit van de eerste orde.”

Jacob Hoekman
11 May 2007 22:44Gewijzigd op 14 November 2020 04:46

Smalle paadjes langs een smalle spreng. Een misstap kan hier, bij de Hamermolen in Ugchelen onder de rook van Apeldoorn, lelijke gevolgen hebben. De sprengen zijn diep uitgegraven, het hoogteverschil tussen het water en de omgeving bedraagt hier en daar meer dan 2 meter. Gedeputeerde Annelies van der Kolk (Cultuurhistorie) stapt desondanks manmoedig voort over de wat glibberige kronkelpaadjes, voorzien van stevige laarzen. „Die heb ik al aangeschaft toen ik in de commissie landelijk gebied kwam”, laat ze met een glimlach weten.Sprengen zijn uniek voor Nederland: de speciaal gegraven beken komen nergens anders ter wereld voor, weet Yolt IJzerman van de Stichting tot Behoud van de Veluwse Sprengen en Beken, kortweg de Bekenstichting. En binnen Nederland komen ze nergens anders voor dan op de Veluwe. En op de Veluwe vormen Apeldoorn en omgeving het hart van het sprengenstelsel.

In dit hart overhandigde voorzitter J. van de Velde van de stichting vrijdag een omvangrijk boek over de sprengenstelsels aan de Gelderse gedeputeerde. Daarbij verzocht hij de bestuurster dringend om de coördinatie van het herstel van de sprengen op zich te nemen. „Tot nu toe is er vaak sprake van het repareren van de situatie, maar niet van een structureel aanpakken. De aanpak is versnipperd”, aldus Van de Velde.

Van der Kolk beloofde de sprengen in ere te houden, maar zegde niet toe dat ze de regie rond het beekherstel op zich zou nemen. Ze gaf desgevraagd wel aan doordrongen te zijn van het belang van de sprengen. „We hebben niet voor niets geld gestopt in de totstandkoming van dit boek. Tijdenlang hebben we alleen gekeken naar tastbare monumenten, zoals de molens die langs de sprengen staan. Die tijd is voorbij. We kijken nu veel breder en willen ook graag de grote cultuurhistorische waarde van de sprengen behouden.”

Een groot probleem voor de sprengen -en voor de hele Veluwe- vormt de verdroging. Hier en daar gaan zelfs geluiden op om de sprengen en de beken, die immers geen economisch nut meer bezitten maar wel water afvoeren uit de Veluwe, dicht te gooien. Onzin, vindt Van de Velde van de Bekenstichting. „De sprengenbeken zijn verantwoordelijk voor maar een paar procent van de totale onttrekking van water uit het gebied. Meer dan 80 procent komt voor rekening van de industrie. Het is dus veel logischer om dáár wat aan te doen. Bovendien: een droge beek is niet debet aan de verdroging, maar is zélf juist slachtoffer van verdroging.”

Resultaat van keihard graafwerk
Sprengen zijn bepaald niet vanzelf ontstaan, zoals natuurlijke beken. Er is keihard voor gegraven.

De Veluwse sprengen dateren met name uit de zeventiende en achttiende eeuw. In die tijd werden op de Veluwe bijna 200 watermolens gebouwd, waarvan driekwart bedoeld was voor de productie van papier. Wat tegenwoordig het grootste natuurgebied van het land is, was in die tijd een belangrijke industriële regio.

Om de watervoorziening van de molens op peil te houden op de letterlijk hoge Veluwe namen de molenaars hun toevlucht tot gegraven stelsels die het grondwater, onder de Veluwe rijkelijk aanwezig, tot oppervlaktewater maakten. Deze sprengen kwamen, via een ingenieus stelsel van vertakkingen die kilometers ver van hun bestemming begonnen, uiteindelijk bij de molens terecht.

Nadat de sprengen in de vorige eeuw definitief in onbruik raakten, werden ze tientallen jaren verwaarloosd. Eind jaren zeventig nam de belangstelling weer toe. In die tijd werd ook de Bekenstichting opgericht.

Vooral de gemeente Apeldoorn is ambitieus en wil een reconstructie van het complete sprengenstelsel. De stad dankt haar bestaan dan ook voor een groot gedeelte aan de sprengen. De reconstructie is deels al gelukt: langs de Hofstraat, middenin het centrum, loopt de eeuwenoude Grift opnieuw bovengronds, zij het nu strak ingekaderd door betonnen wanden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer