KOEH breidt terrein uit naar Armenië en Georgië
NIJKERK - De stichting Kom Over en Help (KOEH) gaat haar werk uitbreiden naar Armenië en Georgië. Ook daar is de armoede enorm, zegt K. H. (Karst) de Vries, de directeur die deze maand is aangetreden na een interim-periode. „De blijvende opdracht van KOEH is het steunen van de kerken in hun diaconale taak.”
Met gemengde gevoelens is De Vries directeur geworden. De vorige directeur, Betty Krooneman, kon vanwege een langdurige lichamelijke ziekte haar functie niet meer uitoefenen. Eind maart hebben bestuur en medewerkers afscheid van haar genomen.De Vries: „Krooneman was dertien jaar geleden de eerste betaalde kracht, nadat KOEH ruim twintig jaar een vrijwilligersorganisatie was geweest. Er is onder haar leiding een kantoor ontwikkeld met een verdere professionalisering tot ruim zeven formatieplaatsen. Het bestuur heeft in die tijd steeds meer afstand genomen van het uitvoerende werk.”
Na een tijdelijke vervanging van Krooneman door Maris Goudzwaard trad De Vries per 1 mei vorig jaar aan als interim-directeur. Hij gaf daarvoor zijn baan bij het voortgezet onderwijs aan de Pieter Zandt Scholengemeenschap op. „We wilden de directeursplaats voor Krooneman zo lang mogelijk openhouden. Ons gebed was gericht op genezing en terugkeer. Maar ze is nu helaas volledig afgekeurd.”
De Vries is al sinds 1986 actief voor KOEH. Hij was betrokken bij verschillende illegale Bijbeltransporten. Sinds 1990 was hij bestuurslid. „Het werk nu -het uitvoerend beleid op het kantoor- is heel iets anders dan een bestuurstaak die zich meer op het bepalen van beleid richt.”
tussenkop (u16(Nieuw beleid
De keuze van de KOEH voor de twee nieuwe landen komt niet uit de lucht vallen, zegt De Vries. „Krooneman schreef een beleidsnotitie ”Groeien of snoeien”. We zaten in veel landen, met veel projecten die redelijk arbeidsintensief waren. De vraag kwam op ons af of we al die projecten moesten blijven steunen. Er is toen gekozen voor afbouw van projecten in Slowakije, Tsjechië en Hongarije.”
Daarnaast besloot KOEH tot intensivering van bestaande projecten in Wit-Rusland, Oekraïne, Moldavië, Bulgarije, Roemenië, Servië en Albanië, inclusief het opzetten van ontwikkelingsprojecten. „Je kunt natuurlijk goederen blijven sturen, maar daarmee breng je nog geen ontwikkeling bij mensen teweeg”, zegt de directeur. „Je moet mensen stimuleren om uit de armoedespiraal te komen.
KOEH blijft vasthouden aan de doelstellingen van toerusting, gemeenteopbouw en diaconaat, maar wil zich nu ook meer richten op ontwikkelingswerk. Daarbij is het opzetten van christelijke non-gouvernementele organisaties (ngo’s), liefst gesteund vanuit de kerken, van groot belang.”
Hij noemt als voorbeeld de Lydia Foundation in Albanië. „Het betreft onder meer een onderwijsproject dat kansarme jongeren in staat stelt om binnen negen maanden een beroep te leren. Zo’n 80 procent van de leerlingen vindt een baan. Honderden jongeren worden op die manier opgeleid. De Lydia Foundation is een christelijke organisatie die op indirecte wijze ook christelijke normen en waarden bijbrengt en samenwerkt met de evangelisatiegemeenten in Sarande en Delvine.”
Een ander voorbeeld is Oekraïne. „Hier is vooral de verslaving aan drank en drugs onder jongeren een groot probleem, met als gevolg een stijgend aidscijfer. KOEH richt zich op preventieve voorlichting waarvoor ze toestemming heeft gekregen om op staatsscholen actief te zijn. Ook is er een rehabilitatiecentrum gestart waar mensen geen medicijnen krijgen, maar waar het Evangelie gebracht wordt als de enige manier om uit de ellende te komen. En je ziet het dat het, nee, Hij werkt!”
Roemenië en Bulgarije zijn per 1 januari toegetreden tot de Europese Unie. De Vries: „We krijgen nogal eens de vraag of er nog hulp nodig is in deze landen. Er is gelukkig ontwikkeling in deze landen, zeker in Roemenië, maar de andere kant van het verhaal is dat de armsten moeilijk hiervan profiteren. Het tegenovergestelde is vaak het geval: de rijken worden rijker, de armen armer.”
Een kwetsbare zaak in deze landen zijn de kindertehuizen. „Het beleid van de EU is erop gericht om de kindertehuizen te sluiten en de kinderen onder te brengen in adoptiegezinnen. Men wil de kinderen op deze manier beter in de samenleving integreren.
Op zich ben ik het ermee eens, jongeren uit tehuizen worden namelijk vaak gezien als potentiële criminelen. Maar wie wil deze, vaak getraumatiseerde kinderen, opvangen? Wie neemt de verantwoordelijkheid op zich voor al die geestelijke en lichamelijke gehandicapte kinderen? Om maar te niet te spreken van de schrijnende situatie onder de zigeuners.”
tussenkop (u16(Nieuwe landen
KOEH heeft vorig jaar een oriëntatiereis naar Armenië en Georgië gemaakt en weet inmiddels hoe de situatie daar is. In Georgië is KOEH een samenwerking begonnen met de baptistenunie, die zich na de communistische overheersing sterk ontwikkelt. Het accent ligt daar op theologische vorming en evangelisatie. Maar ook in Armenië stellen de kerken zonder meer dat er geen bediening is zonder roeping en opleiding.
KOEH richt zich in beide landen op verspreiding van Bijbels en lectuur. „Een Bijbel van 9 euro is voor de mensen te duur. Verder gaat KOEH zich bezighouden met ondersteuning van evangelisten en van diaconale projecten, zoals gaarkeukens en winterhulp. Je ziet hoe weinig mensen hebben en soms kilometers moeten lopen om de gaarkeuken te bereiken. KOEH wil de allerarmsten helpen. Jezus heeft gezegd: „De armen hebt bij altijd met u.” Ook in die zin is nog zo veel werk voor KOEH te doen. ”
Of hij als nieuwe directeur nog specifieke plannen voor de toekomst heeft? De Vries: „We willen onze trouwe achterban blijven motiveren door het geven van duidelijke informatie. Daar is iedereen mee gebaat. Verder willen we onder meer jongeren betrekken bij het werk in Oost-Europa, partnergemeenten in Oost en West koppelen en christelijke gemeenten in Oost-Europa steunen in verkondiging, evangelisatie en diaconaat. En natuurlijk het helpen ontwikkelen van de kansarmen. De leus ”samen dienen” is niet voor niets de lijfspreuk van KOEH.”