„Korps Mariniers manipuleerde onderzoek Eric O.”
HILVERSUM (ANP) - Leidinggevenden van het Korps Mariniers hebben militairen die in 2003 aanwezig waren bij het schietincident rond Eric O. in Irak bedreigd en gemanipuleerd. Officieren wilden onder geen beding dat de ware toedracht van het incident, dat een Irakees het leven kostte, bekend werd.
Dat hebben twee mariniers die bij het incident betrokken waren, donderdag in het tv-programma NOVA gezegd. Advocaat John Peters heeft donderdagmiddag namens een van de twee bij het openbaar ministerie tegen de leidinggevenden aangifte gedaan van dwang, bedreiging en het achterhouden van belastend bewijsmateriaal. Hij heeft de afgelopen weken met een groep militairen gesproken over het schietincident zelf en het onderzoek dat erop volgde.Het gerechtshof in Arnhem sprak Eric O. in 2005 vrij van handelen in strijd met de geweldsinstructies voor Nederlandse militairen in Irak. Het hof wees hem later dat jaar een schadevergoeding van 10.000 euro toe. De marinier loste op 27 december 2003 waarschuwingsschoten op een groep Irakezen die mogelijk een container wilde plunderen. Daardoor zou een Irakees zijn gedood.
De twee mariniers die van het incident in december 2003 getuige waren, zijn oud-korporaal Ripson en sergeant-majoor Hoekendijk. Ripson, plaatsvervangerr van Eric O., zegt in NOVA dat een officier van de mariniers hem en zijn mannen bij elkaar riep en hun zei: „Wat de marechaussee ook vraagt, zeg: dat weet ik niet meer. Doe alsof je neus bloedt”.
Hoekendijk zegt dat Eric O. hem vlak voor de rechtszaak heeft bedreigd. „Het was niet bepaald prettig hoe hij me benaderde: een tik op de borst, een priemende vinger, keek me doordringend aan”. De later vrijgesproken officier maakte hem uit voor vuile verrader.