Op de spottersplaats staan rond het middaguur enkele tientallen voertuigen, voornamelijk van mensen die even middagpauze houden. Bijna elk moment van de dag zijn er wel passanten te vinden om te kijken naar de vliegtuigen die stijgen of landen op de Kaagbaan. In de weekeinden en op feestdagen staat het er zelfs mudvol.De kijkers zijn vooral dagjesmensen, maar er zijn ook veel spotters te vinden. Een van hen is Staphorst. „Ik kom hier al tien jaar, zeker één keer per week.” De Amsterdammer zit bij een van de clubs die vliegtuigen fotograferen. „Ik richt me vooral op toestellen die maar af en toe op Schiphol landen. Ook kijk ik naar de kleurveranderingen bij maatschappijen en naar de vliegtuigen van nieuwe prijsvechters.”

Rozenburg is wat Staphorst betreft de beste spottersplaats. Er landen veel toestellen, er is ruimte en er is gelegenheid om iets te eten bij een van de snackwagens. Bovendien is de locatie met het openbaar vervoer en met de auto goed bereikbaar. „Alleen bij de Buitenveldertbaan is ook een eetgelegenheid, een McDonald’s. De Polderbaan heeft het voordeel dat er veel toestellen stijgen en landen”, aldus Staphorst.

Handtekeningen
Hij wil met enkele anderen de spottersplaatsen langs om handtekeningen te vragen aan voorbijgangers. Die hoopt hij aan te bieden aan een directielid of een woordvoerder van Schiphol. „Ik heb niets tegen de bouwplannen van Schiphol. Maar ik zou wel graag op deze plek een alternatief voor deze spottersplaats willen.”

Frits Meijer uit Huizen is een van de weinigen die zich met een camera in de kou wagen. Hij denkt dat een handtekeningenactie niet veel zal uithalen. „Ook als je er duizend verzamelt, gaat de bouw van de bedrijven toch door.”

Meijer fotografeert sinds drie jaar vliegtuigen. „Meestal sta ik langs de Polderbaan. Maar nu deze spottersplaats dichtgaat, kom ik vooral bij de Kaagbaan om nog wat foto’s te kunnen schieten. Ik sta hier gemiddeld vier keer per week.”

Ondertussen kiest een vliegtuig het luchtruim. De Kaagbaan is een veel gebruikte start- en landingsbaan. Op de achtergrond worden enkele Boeings 747 geladen. De bedrijvigheid slokt een steeds groter deel van het plaatsje Rozenburg op. Het gebouw van de plaatselijke Nederlandse gereformeerde kerk moest er kortgeleden al voor wijken. In de buurt van de spottersplaats staan nog maar enkele huizen. De overkapping van een hooiberg is het enige dat nog rest van een boerderij.

Iets verderop staat nog een vrijstaande woning. De schuur erachter wordt opgeknapt. „Wij blijven hier”, zegt de bewoonster. „We hebben geen last van de bedrijven die hier worden gebouwd. Ik woon al mijn hele leven aan deze weg. Op den duur zullen we hier wel moeten vertrekken, maar voorlopig mogen we blijven.”

Dat de spottersplaats verdwijnt, is voor haar geen probleem. „Het is jammer voor de mensen die er graag komen, maar het maakt mij niet uit.”

Strop
Frietverkoper Maurice uit Nieuw-Vennep ziet het allemaal met lede ogen aan. Al 18 jaar staat hij met een snackkar op de spottersplaats. Zijn ouders begonnen er 28 jaar geleden mee. In de weekeinden staan er zelfs drie frietkramen en een ijsboer. „Ik vind het vooral erg voor de duizenden bezoekers. Mensen uit het hele land weten deze plaats te vinden.”

Ook voor Maurice zelf is het een strop. „Mogelijk kunnen we langs de Polderbaan terecht. We werken met vergunningen, dus we mogen niet zomaar overal staan. Langs de Polderbaan ligt nog geen asfalt waar ik mijn kraam kan zetten. En ik kan natuurlijk ook niet in de blubber gaan staan.”

Volgens Cathelijne Vermeulen van de afdeling communicatie van Schiphol is het nog onduidelijk wanneer de spottersplaats dichtgaat. „Dat gebeurt pas wanneer er een nieuwe plaats is. Er komt een goede faciliteit bij de Polderbaan, maar hoe die er uit gaat zien, is nog onduidelijk. Het moet in elk geval een plaats zijn waar mensen op een veilige manier kunnen staan.”

Een woordvoerder van de gemeente Haarlemmermeer zegt de aanvraag voor een spottersplaats af te wachten. „Wij zullen beoordelen of het verzoek voldoet en kijken of we het honoreren. Schiphol heeft toegezegd dat de spottersplaats bij Rozenburg niet dichtgaat voordat die bij de Polderbaan is geopend.”