Dat heeft minister Van Ardenne van Ontwikkelingssamenwerking gezegd na terugkeer uit Afghanistan. De Afghaanse president Karzai wil, op verzoek van de VS, de papaverteelt bestrijden omdat de taliban hun strijd financieren met de opbrengst ervan. Hij heeft zijn gouverneurs onlangs opdracht gegeven de papavervelden te vernietigen. Van Ardenne noemt dat besluit „niet verstandig.”Alleen maar papavervelden vernietigen is niet effectief, meent de bewindsvrouw. Het brengt arme boeren in de problemen, ondermijnt de wederopbouwmissie van de NAVO en vormt een bedreiging voor de Nederlandse militairen. „Onze militairen hebben in korte tijd het vertrouwen van de bevolking kunnen winnen. Als de papaverteelt wordt vernietigd zonder de arme boeren een alternatief te bieden, zullen de effecten van de wederopbouwmissie worden tenietgedaan.”

De kleine boeren zullen worden teruggedreven in de armen van de taliban als hun teelt wordt platgewalst zonder dat ze een alternatief hebben, zo vreest de minister.

Van Ardenne wil dat Karzai met een totaalplan komt om de papaverteelt in Afghanistan te bestrijden. Hij moet ook aandacht besteden aan alternatieve vormen van landbouw, de verdeling van zaden en de toekenning van landbouwgrond aan boeren. Tot er zo’n totaalplan is, moet gouverneur Munib in de provincie Uruzgan geen gehoor geven aan de opdracht van zijn president, meent de minister.

Hardere bestrijding van de drugsteelt is volgens het kabinet pas mogelijk als niet alleen de boeren, maar ook de handelaren worden aangepakt. Van Ardenne stelt dat er in de wereldwijde handel in opium grote belangen op het spel staan. „Degenen die daaraan verdienen, zullen zich met hand en tand verzetten en onze militairen hebben al met genoeg ander verzet te maken.”

Van Ardenne was aanvankelijk van plan om de papaverteelt zelf met Karzai te bespreken, maar door transportproblemen is daar niet van gekomen.