De deken, J. van Veggel, heeft hierover „indringend gesproken” met Moszkowicz, zei hij vrijdag in een verklaring.Moszkowicz was ook de advocaat van Willem Endstra, de Amsterdamse vastgoedmagnaat die in mei 2004 werd doodgeschoten. Holleeder wordt onder meer vervolgd voor de jarenlange afpersing van Endstra.

Die dubbelpositie, die volgens Moszkowicz geen problemen oplevert bij de verdediging van Holleeder, heeft „de volle aandacht” van Van Veggel. Het gaat volgens hem niet alleen om tegenstrijdige belangen, maar ook om het beginsel van de geheimhouding. Moszkowicz mag niet, ter verdediging van Holleeder, uit de school klappen over zaken waarvan hij als vertrouwensman van Endstra heeft kennisgenomen.

Volgens Van Veggel zijn over deze kwesties duidelijke afspraken gemaakt met Moszkowicz. „Wat dat betreft is hij een gewaarschuwd man.” Volgens de raadsman heeft het gesprek met de deken al vlak na de aanhouding van Holleeder begin vorig jaar plaatsgevonden.

De deken heeft in het kader van tuchtrechtelijk toezicht „in principe” niet de bevoegdheid advocaten te dwingen een zaak neer te leggen als derden menen dat er sprake is van conflicterende belangen. Van Veggel: „Het is in de eerste plaats de advocaat zelf die moet beoordelen of hij een zaak wel of niet kan blijven behandelen in het geval hij wordt geconfronteerd met het verwijt dat sprake zou zijn van conflicterende belangen. Dat is zijn eigen verantwoordelijkheid.”

Moszkowicz ziet geen reden om zijn positie als raadsman van Holleeder op te geven. „De orde heeft mij niet geadviseerd om me uit de zaak terug te trekken.”

De Raad van Discipline, het tuchtrechtelijk college voor de advocatuur, kan achteraf toetsen of een advocaat in een dergelijke positie de juiste beslissing heeft genomen. Is dat niet zo, dan kan dat uitmonden in een tuchtrechtelijke maatregel. Moszkowicz kan zich niet voorstellen dat het zover komt.