„We zijn bekogeld door mensen uit eigen dorp”
WILNIS - Brandweercommandant Marcel Dokter (45) en zijn manschappen werden in de nacht van oud op nieuw in Wilnis belaagd met vuurpijlen en strijkers. Ze besloten deze week aangifte te doen. „We zijn bekogeld door mensen uit ons eigen dorp voor wie we altijd klaarstaan. Dat zit ons dwars.”
Dokter en zijn twintig vrijwillige brandweerlieden waren nieuwjaarsdag urenlang in touw. Met het in bedwang houden van een vreugdevuur in Wilnis. En met het beschermen van zichzelf en collega’s tegen een onophoudelijke regen van strijkers, lawinepijlen, lichtkogels en supervlinders.Was het zo erg?
„Vanaf het moment dat wij ons werk wilden doen, ging het mis. Er werd voortdurend zwaar vuurwerk op ons afgevuurd. Een jongen schoot vanuit een houder op zijn schouder lichtballen op ons af die vlak bij de hoofden van collega’s explodeerden. Het was alsof hij met een bazooka tekeerging.”
Bedreigende situatie?
„In zekere zin wel, al is niemand van onze groep bang geweest. We vormen een hecht en sterk team, we werken nauw met elkaar samen. In zulke uren ben je erg op elkaar aangewezen. Je weet wat je aan elkaar hebt.”
Waarom moest u uitrukken?
„Buurtbewoners belden ons op uit vrees voor het overslaan van een vreugdevuur naar hun woningen. Er stond een stevige wind. Daarom besloot ik als commandant een waterscherm op te richten tussen de huizen en het vreugdevuur. Er waren honderden jongeren in de buurt.”
Drie brandweermannen, onder wie uzelf, liepen letselschade op. Ernstig?
„We zijn alle drie gewond geraakt, gelukkig in lichte mate. Maar we vinden het wel zo ernstig dat we besloten hebben om aangifte te doen. Ik heb een derdegraads brandwond aan m’n rechterkuit opgelopen. De dokter was er verbaasd over. Als ik geen brandweerkleding over m’n spijkerbroek had gedragen, was m’n onderbeen er geweest, zei hij.”
U hebt vrijdag een open brief geschreven in de plaatselijke krant. Waarom?
„Wij willen de plaatselijke bevolking aangeven dat wij ernstig teleurgesteld zijn in een deel van de jeugd van Wilnis. Dit hadden wij nooit verwacht. Ondanks herhaaldelijk waarschuwen bleef een groep jongeren doorgaan. We zijn diep verontwaardigd. Dat mensen die bij nacht en ontij klaarstaan om anderen te helpen met geweld worden bejegend - daar kunnen we echt niet bij.”
U kunt morgen opgeroepen worden om de raddraaiers van oudjaarsnacht de helpende hand te bieden. Moeilijk?
„Onze bereidheid om hulp te bieden aan mensen die in de problemen zitten, wie dan ook, is onvoorwaardelijk. Maar wat wij nooit zullen accepteren is dat we door mensen uit ons eigen dorp worden bekogeld, met het risico op ernstig lichamelijk letsel. Veel jongeren hebben waarschijnlijk niet in de gaten gehad waarmee ze bezig waren. Toch kun je ook niet zeggen dat ze hebben gehandeld in kinderlijke onschuld. Misschien is hun onvoldoende duidelijk gemaakt dat het bekogelen van hulpverleners echt niet kan.”