Dat zei Maurice Adriaens, tweede man van de Curaçaose politieke partij Frente Obrero (FOL), de grootste partij van het eiland. Adriaens is sinds de gevangenschap van FOL-leider Anthony Godett woordvoerder van de partij. Hij reageerde op de beslissing van de Tweede Kamer woensdagavond om niet meer te onderhandelen over het slotakkoord tussen Nederland en Curaçao.De Eilandsraad van het grootste Antilliaanse eiland verwierp eind november met steun van de FOL de overeenkomst, die begin van die maand in Den Haag tot stand was gekomen. Dit akkoord bepaalde dat Curaçao en Sint Maarten autonome landen binnen het Koninkrijk der Nederlanden worden. Ook stond in het akkoord dat Nederland bereid is 80 procent van de Antilliaanse staatsschuld van in totaal ongeveer 2,4 miljard euro over te nemen.

Een meerderheid van de Curaçaose partijen wil echter opnieuw met Nederland onderhandelen over een akkoord waarin de schuldsanering blijft staan, maar waarin het eiland meer autonomie op het gebied van overheidsfinanciën en rechtshandhaving krijgt. Daar voelen Kamer en de minister echter niets voor, zo bleek tijdens de bespreking van de begroting voor volgend jaar.

Adriaens reageerde woensdagavond (lokale tijd) nonchalant op het besluit van de Tweede Kamer: „Het is het recht van de Nederlandse Antillen om uiteindelijk onafhankelijk te worden van de oude kolonisator, Nederland. Het moederland, Nederland, is verplicht om daaraan mee te werken. Ik kan me ook niet voorstellen dat Nederland zich kan en wil onttrekken aan overleg met de Antilliaanse eilanden. Ik vind het jammer dat men tot dat besluit is gekomen, maar blijf hoop houden dat we in de toekomst gezamenlijk tot een oplossing kunnen komen”, aldus de oud-gevolmachtigde minister van de Nederlandse Antillen in Nederland. „Nederland kan zijn plicht eenvoudigweg niet ontlopen”.