De Raad van State stelde maandag in een voorlopige voorziening spoorbeheerder ProRail in het gelijk, die om een snelle beslissing had gevraagd.Volgens de raad had de provincie binnen dertien weken na de aanvraag op 11 juli moeten beslissen. Bovendien moeten de werkzaamheden voor 1 maart zijn afgerond, omdat dan het broedseizoen begint. ProRail wacht al maanden op een natuurbeschermingsvergunning van de provincie voor de werkzaamheden aan dit deel van de IJzeren Rijn. Een Belgische vervoerder wil van het spoor gebruik maken, maar daarvoor moet het eerst opgeknapt worden.

De gemeenten Weert en Cranendonck zijn bang dat daarmee de komst van de door hen verafschuwde IJzeren Rijn, de spoorverbinding tussen Antwerpen en het Duitse Roergebied, een voldongen feit wordt. Mede onder druk van deze gemeenten en de Limburgse Milieufederatie maakte de provincie Limburg de afgelopen maanden geen haast met een beslissing over het baanvak Budel-Weert van de IJzeren Rijn. De zaak zou politiek gevoelig liggen en meerdere betrokken instanties en partijen moesten gehoord worden. Dat ging ProRail te lang duren, mede omdat de aannemer al in de startblokken staat.

Volgens ProRail moet het opknappen van het baanvak helemaal los gezien worden van de discussie over de IJzeren Rijn. Het gaat volgens de spoorbeheerder puur om achterstallig onderhoud.