Kiezen tussen twee kwaden
DELFT - Vanuit de luie stoel oordelen over het Srebrenicadrama van Nederlandse blauwhelmen in 1995 is niet moeilijk. Maar hoe voelt het om als militair op vredesmissie beslissingen te moeten nemen die je innerlijk verscheuren? Het Legermuseum in Delft biedt die ervaring.
Begin jaren ’90. De Tweede Kamer wil dat de Nederlandse regering vredestroepen stuurt naar het voormalige Joegoslavië. Op het grote beeldscherm wordt koortsachtig overlegd tussen diverse bewindslieden, onder wie de toenmalige minister Ter Beek van Defensie. Druk op de gele knop voor ja, druk op de blauwe voor nee. Het stemgedrag is beslissend voor het verloop van de geschiedenis. Het groepje bezoekers kiest voor de gele knop.En dan -het is intussen 1995- schuift het beeld naar Bosnië. Een konvooi Dutchbatters rijdt in pantserwagens over modderige wegen door de bergen. In een dorpje omringen hen smeulende en kapot geschoten huizen. Duidelijk is dat hier zojuist is gevochten tussen Bosnische Serviërs en Bosnische moslims. Er ligt nog een zwaargewonde moslimstrijder langs de weg.
Nemen ze hem mee? Opnieuw een dilemma. De orders van hogerhand luiden om dit niet te doen. De Serviërs moeten immers niet gaan denken dat de blauwhelmen partij kiezen. De deelnemers aan de interactieve film kiezen ervoor de man toch te helpen en sjorren hem in de pantserwagen.
Verderop blokkeren tot ieders afgrijzen zwaarbewapende Servische strijders de weg en doorzoeken de wagens. Ze treffen de gewonde aan en eisen dat de man wordt achtergelaten. Moeten de blauwhelmen hem dan niet beschermen tegen zijn vijand? Nee, want dat wekt hoogstwaarschijnlijk de woede op van de Serviërs. Vanuit Defensie is toch ook steeds gezegd dat de veiligheid van de eigen manschappen boven alles gaat?
Ze trekken verder. Een geweerschot klinkt tussen de bergen. Hebben de Serviërs de man doodgeschoten? Een eenheid gaat terug om poolshoogte te nemen. Vijf Servische soldaten staan bij elkaar op een pleintje. Achter hen ligt een lijk. De moslim blijkt inderdaad te zijn vermoord. De vraag op het scherm luidt of de daders gearresteerd moeten worden of dat foto’s van hen gemaakt moeten woorden om ze later te kunnen oppakken. De groep kiest voor het laatste.
Nog nauwelijks onderweg houdt een groep zwaarbewapende Bosnische moslimstrijders het konvooi staande. Ze hebben gezien wat er is gebeurd en willen dat de groep met hen terugkeert naar de Serviërs om de daders van de moord op hun kameraad te arresteren. Hun eis negeren kan gevaarlijk zijn. De spanning is om te snijden. Het besluit valt om toch door te rijden.
Maar dan gaat het mis. De moslimstrijders nemen het konvooi zwaar onder vuur. Een blauwhelm sneuvelt, twee anderen raken gewond.
Paniek in politiek Den Haag. De Bosnische moslims zagen we toch altijd als de underdog? Hoe kan dit nu? Moet de missie wel doorgaan? Vormen de Serviërs niet een veel te grote overmacht? Er wordt echter een snelle interventiemacht beloofd en de missie wordt niet afgebroken.
Intussen komen grote vluchtelingenstromen Bosnische moslims op gang. Ze concentreren zich in de enclave Srebrenica. De groep zou er alles aan willen doen deze mensen te beschermen, maar de Serviërs komen steeds dichterbij. Hun artillerievuur is duidelijk hoorbaar. Wanneer geeft de NAVO nu eens de hoognodige luchtsteun? Waarom moet dat zo lang duren? Moeten ze hun levens opofferen om de oprukkende Serviërs -die een overmacht vormen- te stoppen? Ze kiezen eieren voor hun geld.
Wat er daarna gebeurt -waarvan de film geen beelden toont- is de boeken ingegaan als een inktzwarte bladzijde uit de Nederlandse krijgsmachthistorie. Het scherm laat nog wat kille cijfers zien: niet minder dan 7000 Bosnische moslimmannen werden door de Serviërs afgeslacht. Eén Nederlandse soldaat kwam om het leven.
Misschien hadden de deelnemers aan de multimediale voorstelling een andere keuze moeten maken. Maar is een keuze wel een echte keuze als er tussen twee kwaden moet worden gekozen?