Windhozen komen zowel in Nederland als in Engeland regelmatig voor. Volgens Geurts is de kans echter klein dat dit in beide landen uitgeroeit tot een tornado.Toch gebeurde dit in ons land tot drie keer toe. Tornado’s troffen het Achterhoekse Neede (1927) en Tricht bij Geldermalsen (1967). Daarbij vielen respectievelijk tien en zeven doden. In Tricht raakten tijdens de vijftien seconden durende tornado 1500 mensen dakloos. De derde liet in 1950 een schadespoor van 46 kilometer achter in Veluwse bossen.

De KNMI-woordvoerder noemt een tornado een uit de kluiten gewassen windhoos. De sterkte wordt aangeduid op de schaal van Fujita, die tot vijf gaat. Geurts: „Bij een schaal van F3 en hoger worden er windsnelheden van boven de 300 kilometer per uur gemeten en is er sprake van een tornado.”

De grote schade die in 1925 aangericht is in Borculo was niet te wijten aan een tornado, maar aan valwinden, zo blijkt volgens Geurts uit recent onderzoek. Deze ramp wordt vaak de stormramp van Borculo genoemd, omdat vrijwel het complete dorp erbij vernield werd.