Kabila, de zittende president, heeft op 29 oktober 58 procent van de stemmen gekregen en zijn tegenkandidaat, vicepresident Jean-Pierre Bemba, 42 procent. Van de 25 miljoen kiesgerechtigden maakte ongeveer 65 procent de gang naar de stembus.In een toespraak op televisie riep de 35-jarige Kabila ’s avonds de bevolking op kalm te blijven en zei hij dat leger en politie in het hele land zijn ingezet om de orde te handhaven. „Er moet vrede heersen in iedere uithoek van het land. Lang leve democratie! Lang leve de nieuwe Democratische Republiek Congo!”, zei Kabila.

Enkele tientallen mensen lieten in het centrum van Kinshasa hun vreugde blijken en ook in een dure wijk van de stad werd flink getoeterd. In de rest van de hoofdstad, waar vooral aanhangers van Bemba wonen, was het woensdagavond stil.

De Europese Unie, de Verenigde Naties en de Wereldbank hebben de Congolezen eerder op de dag in een gezamenlijke verklaring ook al tot kalmte gemaand. Alle partijen worden opgeroepen provocaties achterwege te laten, zodat de geldigheid van de verkiezingen „waarop het Congolese volk zoveel hoop gevestigd heeft”, niet in twijfel wordt getrokken.

Leiders van de drie organisaties waren in Brussel bijeen om de ontwikkelingen in Congo te bespreken.

Internationale waarnemers hebben gezegd dat de verkiezingen grotendeels eerlijk zijn verlopen en de kiescommissie heeft beschuldigingen van fraude ongegrond verklaard. Aanhangers van Bemba stellen echter dat er op grote schaal is gefraudeerd. Aanhangers van de twee politici hebben vuurgevechten gevoerd waarbij ook mortieren zijn gebruikt en vier doden vielen.