Hermans: Niet wachten met onderzoek hbo-fraude
Zodra het ministerie van Onderwijs over concrete informatie beschikte over de vermeende fraude in het hoger beroepsonderwijs is de accountantsdienst een onderzoek begonnen. Weliswaar lagen er in juni al beschuldigingen op de burelen in Zoetermeer, maar tot half november stonden de brievenschrijvers hun informatie niet af.
Dat heeft minister Hermans (Onderwijs) donderdag aan de Tweede Kamer geschreven in antwoord op vragen van PvdA en D66. Die wilden weten waarom het ministerie niet eerder op de beschuldigingen is ingegaan.
Hermans maakte vorige week bekend dat zijn accountants een onderzoek instellen naar de beschuldiging dat buitenlandse studenten als hbo–student worden ingeschreven maar daarvoor niet meer dan een taalcursus krijgen. Dit zou vooral gebeuren op de Saxion Hogescholen in Deventer en Enschede. Per student ontvangt de hogescholengroep van het ministerie een bedrag van 10.000 gulden.
De beschuldigingen treffen overigens nagenoeg alle hogescholen, alleen de naam van Saxion is expliciet naar buiten gebracht. Zo zouden deze instellingen buitenlandse studenten die een masteropleiding volgen, als een gewone hbo-student inschrijven. Die wordt door het ministerie bekostigd, de masterstudent niet.
P. de Jong en M. van Leeuwen, die de vermeende fraude aankaartten, schatten dat de Nederlandse hogescholen in totaal tussen de 70 en 110 miljoen gulden per jaar ten onrechte ontvangen. Eerder liet de HBO-raad, de koepel van de hogescholen, weten dat er bij Saxion geen dingen zijn gebeurd die strijdig zijn met de wet. De raad en ook Saxion zelf, waar 17.000 studenten zijn ingeschreven, zeggen het onderzoek met vertrouwen af te wachten.
Hermans heeft zijn accountants een maand de tijd gegeven om tot een eerste rapportage te komen. Het verzoek van PvdA en D66 om eerder duidelijkheid te verschaffen over wat er aan de hand is, wijst hij af. Het onderzoek moet zorgvuldig zijn en er moet hoor en wederhoor plaatshebben, zo benadrukt de bewindsman.