Kabinet erkent falen Schipholbrand
DEN HAAG (ANP) – Het kabinet wil geen afstand nemen van de stelling van de Onderzoeksraad voor Veiligheid dat er minder doden zouden zijn gevallen bij de brand op Schiphol als alle regels voor brandveiligheid waren gevolgd. Dat zei minister Hirsch Ballin (Justitie) woensdag in het debat met de Tweede Kamer over de brand in het cellencomplex.
De minister tekende erbij aan dat de uitspraak van de raad van Pieter van Vollenhoven verwoord is als een veronderstelling, niet als een vaststaand feit. Hirsch Ballin reageerde op het bijna Kamerbrede verzoek aan de regering om alsnog politieke verantwoording af te leggen voor de fouten van de overheid die leidden tot de fatale brand. Het kabinet zei tot dusver naar de toekomst te willen kijken en wilde de stellingname van de raad niet onderschrijven.„Dit debat gaat over het afleggen van verantwoording", zei Hirsch Ballin woensdag. „Niet alleen over het beleid voor de toekomst, maar ook over wat er is gebeurd. Dat zijn twee zijden van dezelfde medaille. We willen zeker rekenschap afleggen over het verleden en klip en klaar tekortkomingen erkennen".
Volgens de minister aanvaardt het kabinet de veronderstelling van de onderzoeksraad als basis voor het beleid om de (brand)veiligheid in gevangenissen structureel te verbeteren. „We zien dat als onze taak en plicht”. Hirsch Ballin benadrukte wel dat de regering geen absolute veiligheid kan garanderen.
Slachtoffers van de brand die een civiele procedure zijn begonnen, kunnen erop rekenen dat hen „recht wordt gedaan”, aldus de minister. Het kabinet streeft er volgens hem naar om tot een aanvaardbare regeling te komen.