Verdachten bekennen in moordzaak kroegbaas
AMSTERDAM (ANP) – Twee mannen uit Zaanstad die vastzitten in verband met de liquidatie van de Amsterdamse kroegbaas Thomas van der Bijl, hebben een bekennende verklaring afgelegd over hun aandeel in de moord. Het tweetal wordt verdacht van betrokkenheid bij de moord en voorbereidingshandelingen.
Dit bleek donderdag tijdens een pro–formazitting voor de rechtbank in Amsterdam. De 27–jarige Alex de B. heeft volgens het openbaar ministerie het vuurwapen geleverd en de vluchtauto klaargezet. De 46–jarige Nico H. verschafte een bivakmuts en telefoons. Daarnaast hebben beiden de buurt rond de woning en het café van Van der Bijl verkend. De B. deelde H. begin dit jaar mee dat hij „een vent moest gaan kieren."Van der Bijl werd op 20 april in zijn café De Hallen in Amsterdam–West doodgeschoten door twee mannen. De daders vluchtten weg in een gereedstaande auto. De politie vond het vuurwapen terug in een nabijgelegen gracht.
Het tweetal wordt niet verdacht van het doodschieten van Van der Bijl, maar officier van justitie Michiel van IJzendoorn gaf aan dat de rol van De B. nader onderzocht zal worden. In de moordzaak zit nog een derde verdachte vast, de 37–jarige Fred R… Hij is een bekende uit de Amsterdamse onderwereld en is eerder veroordeeld voor wapenbezit.
Tijdens de zitting donderdag werd niets gezegd over de mogelijke opdrachtgevers van de moord. Wel werd duidelijk dat H. is gevraagd door De B. om mee te doen. Toen H. echter in de gaten kreeg dat het serieus was, trok hij zich terug. Volgens zijn advocaat Kim Roelofs is het aandeel van haar cliënt dan ook minimaal. H. antwoordde op een vraag van de rechtbank dat hij niet heeft geprobeerd om De B. van het plan af te houden, noch dat hij eraan heeft gedacht om naar de politie te stappen.
Enkele maanden na zijn dood werd bekend dat Van der Bijl uitvoerig met politie en justitie heeft gesproken over ’topcrimineel’ Willem Holleeder. Daarin gaf de kroegbaas aan dat hij werd bedreigd door Holleeder en dat hij vreesde voor zijn leven.
De B. en H. blijven in voorlopige hechtenis. In december vindt mogelijk een pro–formazitting plaats met alle drie de verdachten.