Rechtsherstel Joden zwaar bevochten
HAARLEM - De Joodse gemeenschap heeft na de oorlog zware strijd moeten leveren. Wederopbouw was belangrijker dan rechtsherstel. „Het was harteloos.”
In Haarlem is dinsdagmiddag de Dirk Jacob Veegensprijs uitgereikt aan mr. dr. Wouter Veraart. De tweejaarlijkse prijs van 12.500 euro is een bekroning op spraakmakend onderzoek op het gebied van economische, politieke of sociale geschiedenis. De rechtsfilosoof onderzocht „ontrechting en rechtsherstel in Nederland en Frankrijk” in de periode tijdens en na de oorlog.Uit het promotieonderzoek blijkt dat het rechtsherstel in Nederland veel moeizamer verliep dan in Frankrijk. „Joden die tijdens de oorlog hun bezittingen moesten afstaan, kregen deze slechts mondjesmaat terug.” Discussies hierover woedden tot eind jaren negentig. „Ik ben vrij kritisch over de manier waarop Nederland het rechtsherstel heeft aangepakt.”
Wat is uw kritiek?
„Nederland voer in het kader van de wederopbouw een erg pragmatische koers. De regering beschermde kopers van geroofd goed. De wederopbouw stond voorop, niet het rechtsherstel van de beroofden. Er werd, buiten het parlement om, een bijzondere rechtsinstantie in het leven geroepen, met afdelingen die soms zelf partij waren in het conflict.”
Waardoor verliep het rechtsherstel van Joden hier moeizamer dan in Frankrijk?
„De Fransen hebben het principieel opgepakt nadat de rechtsgelijkheid in de oorlog was aangetast. Het was voor hen cruciaal voor het herstel van de democratie. Vrijheid, gelijkheid en broederschap moesten weer paradepaardjes van de nieuwe republiek worden. Daarbij werden alle gedwongen transacties uit de oorlog ongedaan gemaakt.”
Had Frankrijk meer oog voor de Joodse slachtoffers?
„Nee. De Franse opstelling kwam niet voort uit medelijden, maar uit hun rechtsopvatting. Er waren burgers van de republiek uit hun rechten gezet, die moesten zo snel mogelijk weer worden opgenomen. Niet als Jood, maar als Frans burger. Joden hadden het ook na de oorlog nog heel moeilijk in Frankrijk. Daarom is het bijzonder dat hun rechtsherstel wel principieel verliep.”
Hoe verliep het proces in Nederland?
„Minister Lieftinck van Financiën hield tot begin jaren ’50 stevig de hand op de knip. Hij moest weinig van rechtsherstel hebben, omdat dit te veel geld zou kosten. Mede door zijn vertrek in 1952 ontstond er ruimte om de zaak te schikken. Nederland had meer aandacht voor wederopbouw dan voor rechtsherstel. Dat is kwalijk. Als een groep mensen in de samenleving geen toegang tot het recht heeft, ben je eigenlijk geen rechtsstaat meer.”
Verbaast deze opstelling u?
„Nee. Nederlanders hadden na de verschrikkingen van de oorlog geen tijd voor deze principiële vragen. Tegelijkertijd moet je vaststellen dat Frankrijk het principiële punt wel heeft begrepen.”
Had Nederland dit niet moeten inzien?
„Ik vind het te gemakkelijk om dat vanuit mijn luie stoel te zeggen. Je kunt hier allerlei historische verklaringen voor aandragen. Frankrijk had na de Eerste Wereldoorlog ervaring opgedaan met het nemen van dergelijke principiële besluiten. Nederland niet. Daardoor is het hier een beetje een ondergeschoven kindje geworden.”
Volgens dr. L. de Jong is het rechtsherstel in Nederland correct verlopen, maar ook formalistisch en harteloos. Terecht?
„Ik ben nog kritischer dan Loe de Jong. Ik vind dat het helemaal niet correct is verlopen. Het proces is harteloos geweest. Het gaat bij rechtsherstel niet allereerst om medelijden, maar om recht. Je moet mensen hun rechten teruggeven. Er was niet bij de wet geregeld dat alle gedwongen transacties zouden moeten worden vernietigd. Daarmee laat je mensen in onzekerheid. Ze weten nooit of ze wel zullen slagen in hun rechtsherstel.”
Heeft Nederland nog een morele schuld richting Joodse gemeenschap?
„Er is in 2000 veel gebeurd. De regering heeft duidelijk spijt betuigd. Toen heeft men die morele schuld naar mijn idee wel ingelost. Het is niet in één generatie gelukt alles te regelen. Er is wel een vorm van rechtsherstel geweest, maar die was niet volmaakt. In het millennium heeft men dit rechtgetrokken. Het is een soort tweetrapsraket geweest.”
Hebben Joden door de Nederlandse opstelling extra geleden?
„De strijd is zwaar en lang geweest. Dat heeft zeker geleid tot extra naoorlogs leed.”
Een prijs van 12.500 euro. Wat gaat u daarmee doen?
„Weet ik nog niet. Ik moet nog de auto afbetalen aan mijn vrouw.”