Waar Luther in 1517 met zijn beroemde 95 stellingen de Reformatie inluidde, gaf De Graaf met „de eerste oppositieverklaring in de Nederlandse geschiedenis” het startschot voor zijn strijd met het nieuwe centrumrechtse kabinet. Dat presenteerde zich vanmorgen met het afleggen van de regeringsverklaring aan het parlement.

Tegenover „grijs 1”, zoals de D66-leider het kabinet-Balkenende karakteriseert, past volgens hem een „vooruitstrevende en liberale” tegenkleur. „Niet paars, niet rood, maar D66”, zo zei de leider, die zijn partij op 15 mei zag halveren. „Wij bieden een alternatief voor het conservatisme.”

In plannen voor een nieuwe zorgverzekering en een ander WAO-stelsel kan De Graaf zich weliswaar vinden, maar hij vindt dat de centrumrechtse coalitie „doorslaat in ouderwets gezinsdenken, te repressief vreemdelingenbeleid, een armoedig milieubeleid, een overspannen geloof in de markt en miskenning van het belang van Europa en de betekenis van cultuur.”