De aandacht van het kabinet voor kinderopvang is buitenproportioneel, vindt de RMU. De vakorganisatie is blij met het positieve geluid van de Miljoenennota, maar „blijft het zuur vinden dat de vele honderden miljoenen euro’s die aan opvang worden gespendeerd niet eerlijk worden verdeeld over alle gezinnen.”Met kinderopvang, door het kabinet gezien als „een tovermiddel om de arbeidsparticipatie te bevorderen”, worden vooral zogenaamde thuiszittende partners gestimuleerd om de arbeidsmarkt op te gaan. Liever zou de RMU de meer dan 1 miljoen mensen aan de zijlijn -„grote groepen baanlozen, probleemjongeren, gedeeltelijk arbeidsongeschikten”- (weer) aan het werk krijgen. De christelijke organisatie voor werknemers en werkgevers GMV pleit voor een budget per kind dat voor alle gezinnen gelijk is.

Voorzitter Agnes Jongerius van de vakcentrale FNV laat een kritisch geluid horen. „De koningin bevestigt in de Troonrede een beetje dat dit een werkgeverskabinet is.” Volgens haar hebben de kabinetten onder premier Balkenende te veel oog gehad voor de werkgevers in Nederland en te weinig voor de werknemers. Jongerius stelt dat het kabinet „geld weggooit” door de winstbelasting voor bedrijven te verlagen, terwijl over extra geld voor de kinderopvang en scholing voor werknemers pas na de verkiezingen van 22 november zal worden besloten.

Haar collega René Paas van het CNV vindt dat de begroting getuigt van gebrek aan ambitie, vooral op het gebied van onderwijs. „Er zijn nog kolossale klussen te doen.” Nederland geeft nog altijd minder uit aan onderwijs dan het Europees gemiddelde, aldus Paas. „Daar betalen wij straks de rekening voor.”

MKB-Nederland reageert overwegend positief op de kabinetsplannen en prijst de „substantiële lastenverlichting” voor het bedrijfsleven. De organisatie voor het midden- en kleinbedrijf plaatst vooral kritische kanttekeningen bij het terugdringen van administratieve lasten en bij de werkgeversbijdrage aan de kosten van het zorgstelsel.

Ook Bernard Wientjes van werkgeversorganisatie VNO-NCW vindt dat de papieren rompslomp voor bedrijven verder aangepakt moet worden. Hij is „in grote lijnen” tevreden over het beleid van het kabinet. Door de verdere verlaging van de winstbelasting voor ondernemingen zullen bedrijven meer gaan investeren, meent hij, en wordt Nederland aantrekkelijker als vestigingsland voor buitenlandse concerns.

Land- en tuinbouworganisatie LTO Nederland spreekt van een „goede koers” van het kabinet. Lastenverlichting en meer ruimte om te kunnen ondernemen vormen een stimulans voor boeren en tuinders, vindt LTO. De organisatie vindt dat het kabinet moet doorgaan op de ingeslagen weg.