Hoogleraren kraken beleid emancipatie
AMSTERDAM - Vrouwen met kinderen willen wel betaald werk buiten de deur doen, maar worden daarin belemmerd. Mannen willen slechts in beperkte mate zorgtaken thuis op zich nemen. Het combinatiemodel van werken en zorgen blijkt in de praktijk een utopie.
Dat schrijven de hoogleraren Christien Brinkgreve en Egbert te Velde in hun boek ”Wie wil er nog moeder worden?”, dat donderdagavond in Amsterdam wordt gepresenteerd.Het veelgeprezen combinatiemodel komt niet uit de verf, licht Te Velde, emeritus hoogleraar voortplantingsgeneeskunde, toe. „Het gaat mij te ver om te zeggen dat het emancipatiebeleid van de overheid is mislukt. Er zitten veel goede dingen in. Toch zie je in de praktijk dat er nauwelijks mannen en vrouwen zijn die samen het geld verdienen en die samen de zorg voor de kinderen en de huishoudelijke taken op zich nemen. In die zin kun je zeggen dat de overheid met haar emancipatiebeleid tot nu toe een illusie heeft nagejaagd.”
Dat beleid houdt volgens Te Velde te weinig rekening met verschillen tussen mannen en vrouwen die er nu eenmaal zijn. „Voor verreweg de meeste vrouwen staat het moederschap nummer één. Ze werken wel graag, maar ze doen het er doorgaans een beetje bij. Voor mannen is het precies andersom. Als we dat feit blijven negeren, doen we onszelf en vooral de vrouwen tekort.”
Te Velde vindt dat de overheid moet blijven streven naar „een eerlijke verdeling” van werk en zorgtaken tussen mannen en vrouwen. „Je kunt zeggen dat het door de natuur is bepaald dat vrouwen voor de kinderen zorgen, maar de mens is niet alleen natuur, ook cultuur. Genetisch is er door de eeuwen heen niet veel aan ons, mensen veranderd. De verhouding tussen mannen en vrouwen is natuurlijk wel sterk veranderd. Veel vrouwen met kinderen willen graag buiten de deur werken, maar voelen zich daarin belemmerd.”
Gratis kinderopvang voor iedereen is volgens Te Velde niet de oplossing. „Dat idee komt louter voort uit economische belangen, omdat de arbeidsmarkt nu eenmaal die vrouwen nodig heeft. Maar er is absoluut niet nagedacht over het belang van de vrouw. Om over het belang van de kinderen maar te zwijgen.”
Volgens Te Velde moeten er andere dingen structureel veranderen in Nederland. „Vrouwen moeten meer de mogelijkheid krijgen om op flexibele tijden te werken. Daarnaast moet het ouderschapsverlof langer duren. Een vrouw met kinderen wordt in het arbeidsproces als lastig ervaren. Als ze tijdelijk stopt met werken om voor haar gezin te zorgen, loopt ze zelfs een pensioenbreuk op. Die mentaliteit moet veranderen.”
Daarnaast pleit Te Velde voor calamiteitenverlof, zodat een van de ouders thuis kan blijven op het moment dat hun kind ziek is.
Het algemene probleem in Nederland is, aldus Te Velde, dat het moederschap te laag wordt gewaardeerd. „In Duitsland is inmiddels een minister, een vrouw met zeven kinderen, voor gezinszaken aangesteld. Onze buren zien kinderen als een maatschappelijke investering. En dat mag geld kosten.
In Nederland worden kinderen gezien als een privéhobby van de vrouw. Hier zijn de overheidsuitgaven ten behoeve van het gezin de afgelopen jaren enkel gedaald. We bungelen inmiddels onder aan de Europese ranglijst.”