Hervormd aandeel in SGP-electoraat slinkt
DEN HAAG - Het heeft er veel van weg dat het aandeel dat hervormde kiezers hebben in het electoraat van de SGP kleiner wordt.
Die conclusie kan getrokken worden uit een onderzoek dat drs. J. A. Schippers, directeur van het studiecentrum van de SGP, deed naar de spreiding van het SGP-electoraat over de diverse kerkgenootschappen. Schippers doet van zijn onderzoek verslag in het partijblad De Banier.Kwam in 1989 nog 47 procent van de op de SGP uitgebrachte stemmen uit hervormde kring, in 2003 is dat percentage gezakt naar 40. Het aandeel dat de Gereformeerde Gemeenten leveren in het staatkundig-gereformeerde electoraat is in diezelfde periode gegroeid van 28 procent naar 34 procent. Het aandeel van kleinere kerkgenootschappen zoals de Christelijke Gereformeerde Kerken (7 procent) en de Oud Gereformeerde Gemeenten (7 procent) is min of meer stabiel.
Volgens Schippers doen SGP-kiesverenigingen er wijs aan bij de samenstelling van besturen en kandidatenlijsten rekening te houden met een evenwichtige verdeling over kerkgenootschappen. „Een deel van de kiezers stemt gemakkelijker op de partij wanneer daarin personen op de voorgrond treden die behoren tot hun kerkverband.”
Kiesverenigingen zouden bij het zoeken naar kandidaten „soms iets breder kunnen rondkijken dan zij gewend zijn”, stelt de directeur van het studiecentrum. „Ik vroeg eens aan een bestuurder uit Zuid-Holland of hij enig idee had welk aandeel de hervormde kiezers in zijn provincie leveren aan het SGP-electoraat. Uit zijn antwoord bleek dat hij dit vreselijk onderschatte. Juist in Zuid-Holland leunt de SGP zwaar op kiezers uit hervormde kring.”
Schippers benadrukt dat met zijn onderzoek, waarin hij hulp kreeg van socioloog dr. C. S. L. Janse, „voorzichtig moet worden omgesprongen.” Hij heeft geen enquête uitgevoerd onder SGP-stemmers, maar heeft aan de hand van de omvang van kerkgenootschappen, het percentage kiesgerechtigden daarin én het vermoedde opkomstcijfer onder die kiesgerechtigden, berekeningen gemaakt.