„Reorganisatie terreurbestrijding hard nodig”
DEN HAAG - Reorganisatie van de speciale arrestatie-eenheden in Nederland is dringend gewenst. Dat stellen verschillende politiewetenschappers tegenover deze krant. Een kleine reorganisatie, die op 1 juli leidde tot oprichting van de Dienst Speciale Interventies (DSI), zou niet toereikend zijn.
Onderdeel van de DSI is de BBE-SIE die in 2004 is opgericht als een tijdelijke antiterreureenheid. Het antiterreurteam is gespecialiseerd in aanhoudingen waarbij het risico bestaat van zelfopoffering tijdens de arrestatie en is zo’n tien keer ingezet.Nederland telt sinds 1 juli behalve de BBE-SIE nog zeven arrestatieteams van de politie, een van de marechaussee, een bijzondere bijstandseenheid van het Korps Mariniers en een scherpschutterseenheid.
Volgens politiesocioloog dr. J. Timmer is de „verder versnipperde structuur van de geweldsspecialisten voor de politietaak verbijsterend. Een herstructurering van de top en subtop is al lang gewenst.”
De kleine reorganisatie, waarbij de BBE-SIE werd ondergebracht in de nieuw opgerichte DSI, verbetert die situatie niet, schatten de deskundigen in. Volgens prof. dr. P. van Reenen, hoogleraar politie- en mensenrechtenschendingen in Utrecht, „is het de vraag of de lappendeken toch niet groter is geworden in plaats van kleiner.”
De wetenschappers zijn wel positief over de coördinerende taak van de DSI. Volgens Timmer worden zo „de onervaren lokale en regionale algemeen commandanten in de aansturing van alle operationele eenheden vervangen.”
De kans op een grote reorganisatie is verkleind doordat de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken toch hebben besloten van de BBE-SIE een permanente eenheid te maken. Dat besluit is genomen tegen het advies in van onder anderen politie-expert prof. dr. C. Fijnaut.
Behalve moeilijkheden met het stelsel van speciale arrestatie-eenheden had de BBE-SIE door langdurige procedures problemen om op tijd in te grijpen. Om die problemen het hoofd te bieden, zijn geheime „standaard inzetscenario’s” ontwikkeld, die vooraf door de minister van Justitie zijn goedgekeurd.
Het tv-programma NOVA meldde vorige week dat zich binnen de DSI een machtstrijd zou afspelen tussen krijgsmacht en politie. Een goede uitvalslocatie voor de eenheid, centraal in het land, was een tijd niet beschikbaar. Volgens de woordvoerder van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding werd „binnen het Korps landelijke politiediensten bezien waar de eenheid structureel kon worden gehuisvest.” De DSI werd eerder geplaagd door financiële en juridische problemen. Zo was het personeel bijna een jaar lang niet officieel bevoegd aanhoudingen te verrichten.
Volgens anonieme bronnen binnen de arrestatieteams van de politie is de eenheid niet goed genoeg geoefend. Een deel van de leden heeft geen politie-ervaring en zou nog een opleiding moeten volgen bij een arrestatieteam van de politie. Een bron bij de politie beschrijft de eerste actie van de eenheid, een inval in Utrecht, als „een puinhoop.”
De woordvoerder van de Nationaal Coördinator bestrijdt de kritiek. „Die analyse deel ik nadrukkelijk niet. In juni is een oefening gehouden met DSI volgens het nieuwe stelsel en die is goed verlopen.” Natuurlijk zijn er verbeterpunten maar zo hoort het ook. De DSI is een organisatie in opbouw. Er zijn nu flinke stappen gezet.”