Bonden tevreden over boetebeleid NS
UTRECHT (ANP) – De vakbonden zijn tevreden over de uitkomst van een overleg over het omstreden boetebeleid van de Nederlandse Spoorwegen. De mening van de conducteur weegt volgens de bonden vanaf nu zwaarder bij de beoordeling of een zwartrijder een boete verdient. De NS stelt dat er feitelijk niets veranderd in het boetebeleid.
Reizigers die geen plaatsbewijs kunnen laten zien, krijgen sinds het nieuwe boetebeleid vorig najaar van kracht werd, standaard schriftelijk uitstel van betaling van de conducteur. Het klantencontactcentrum in Utrecht beoordeelt of de reiziger blaam trof en een boete verdient, of dat hij slechts een acceptgiro ontvangt met de gewone ticketprijs.De vakbonden en de ondernemingsraad van NS waren ontevreden over de bevoegdheden onder het nieuwe boeteregime. Ze bespraken hun grieven maandag met de directie.
„De directie heeft nu bepaald dat de mening van de conducteur zwaarder gaat wegen bij die beoordeling en wij zij daar erg blij mee", zegt bestuurder Piqué van de CNV Bedrijvenbond. „Het vakmanschap van de mensen op de werkvloer wordt nu weer duidelijk onderkend. Natuurlijk houdt het klantencontactcentrum de eindverantwoordelijkheid. Zij kunnen zien of een zwartrijder vaker is betrapt, een conducteur mist dat overzicht".
De NS laat via een woordvoerder weten dat het beleid niet wordt gewijzigd. „Het verhaal van de conducteur woog altijd al zwaar mee bij de beoordeling, dat blijft gewoon hezelfde", aldus de zegsman.
Volgens FNV Bondgenoten is er wel degelijk sprake van gewijzigd beleid. „Eerder had de directie van NS Reizigers al aangekondigd de regelruimte in het kader van het boetebeleid voor de hoofdconducteur te willen verruimen", schrijft FNV–bestuurder Roel Berghuis aan zijn achterban. „De directie heeft dat nu concreet gemaakt door aan te geven dat de conducteur, ook in het kader van het boetebeleid, naar bevind van zaken kan handelen. De procesmanagers moeten begrip hebben voor de keuze van de conducteur. De directie zal deze richtlijn de komende dagen verder in de NS–organisatie uitdragen".