In de afwikkeling van het Rotterdamse havenschandaal claimde de zakenbank 19 miljoen euro van Rotterdam, omdat de inmiddels ontslagen havendirecteur mr. W. Scholten zich voor deze lening garant had gesteld.De schikking is donderdag aan het begin van de reguliere vergadering van de gemeenteraad in beslotenheid aan de raadsleden meegedeeld. Over de inhoud van de afwikkeling van het havenschandaal werden ook na afloop van de besloten raadsvergadering geen mededelingen gedaan.

Het Rotterdamse havenschandaal gaat over de handelwijze van oud-havendirecteur Scholten, die eigenhandig voor 183 miljoen euro bankgaranties verstrekte aan het RDM-concern van bedrijvendokter Joep van den Nieuwenhuyzen. Het RDM ging failliet en de onderpanden die Van den Nieuwenhuyzen gaf, bleken niets waard te zijn. Diverse geldschieters, waaronder de Barclays Bank, hielden daarop hun hand op bij de gemeente, die eigenaar is van het havenbedrijf.

In een inderhaast uitgereikt schrijven stelt het college van B en W slechts dat de schikking tot wederzijdse tevredenheid stemt. De kosten die tot met de tot nog toe gevoerde rechtszaken zijn gemoeid worden door iedere partij afzonderlijk gedragen. Verder wordt er nog eens met nadruk op gewezen dat de schikking en de inhoud ervan geheim blijven.

De 19 miljoen euro die de Britse zakenbank van het Rotterdamse havenbedrijf terugvorderde en die Rotterdam reserveerde voor het geval dat er betaald moest worden, valt nu vrij en wordt toegevoegd aan de winst van het havenbedrijf.