Sterfte na beroerte in Nederland hoog
DEN HAAG - Meer dan een op de drie (35 procent) van de Nederlanders met een hersenbloeding overlijdt binnen dertig dagen. Dat percentage ligt beduidend hoger dan het gemiddelde van de dertig geïndustrialiseerde OESO-landen (24 procent).
Dat blijkt uit het dinsdag verschenen rapport ”Zorgbalans” van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Het is het eerste nationale rapport over de prestaties van de Nederlandse gezondheidszorg.Nederland doet het goed als het gaat om het snel opereren aan heupfracturen. Vier van de vijf (80 procent) heupfracturen worden binnen 48 uur geopereerd. Het OESO-gemiddelde is 69 procent. Het percentage wondinfecties voor mensen met een heupoperatie varieert echter aanzienlijk tussen ziekenhuizen.
De kwaliteit van zorg is op meerdere onderdelen bovengemiddeld. Wel bestaan er tussen instellingen en aanbieders nog grote verschillen qua prestaties. De verschillen in ziekenhuissterfte tussen instellingen zijn groot, in het maximale geval 50 procent. Op dit vlak, maar ook op het gebied van de effectiviteit van preventie en zorg, patiëntveiligheid en afstemming tussen de verschillende zorgaanbieders, is volgens het RIVM nog duidelijk winst te boeken.
Uit het onderzoek blijkt verder dat de zorgkosten in Nederland sinds 2000 zijn gestegen tot 12,3 procent van het bruto binnenlands product. Vergeleken met de rest van Europa zit Nederland in de middenmoot. Oostenrijk en de Scandinavische landen presteren meer voor minder geld, aldus het RIVM. Daar staat tegenover dat de Scandinavische landen met enorme wachtlijsten kampen, zei minister Hoogervorst (Volksgezondheid), die het rapport in ontvangst nam.
Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bleek dinsdag bovendien dat de groei van de zorguitgaven vorig jaar voor het derde jaar achtereen is afgevlakt. In 2005 bedroegen de uitgaven voor gezondheids- en welzijnszorg 61,5 miljard euro. Dat is 2,8 procent meer dan in 2004. In 2002 stegen de uitgaven nog met bijna 13 procent.
Meer informatie: http://www.rivm.nl/vtv/object_document/o5274n26667.html