Koningin Beatrix toonde zich dinsdagavond heel blij met het concert van het Koninklijk Concertgebouworkest. Ze vindt het heerlijk dat het orkest, dat zo drukbezet is, een concert ter gelegenheid van haar staatsbezoek aan Letland kon verzorgen. Het orkest vond het op zijn beurt weer zo’n eer dat het een gratis concert gaf. Al komen de kosten voor een hotelovernachting in Riga en voor de speciale charter wel voor rekening van het ministerie van Buitenlandse Zaken.De van oorsprong Letse dirigent Mariss Jansons beleefde gisteren een bijzondere dag. Hij kreeg niet alleen zijn eerste officiële Letse paspoort, maar ook een eredoctoraat van de muziekfaculteit van de universiteit van de Letse hoofdstad Riga. Daarnaast werd hij grootofficier in de Orde van de Drie Sterren. „Het zijn heel veel emoties voor mij. Zo veel eerbetoon op één dag.” De onder het Sovjetregime geboren Jansons voldeed indertijd niet helemaal aan de maatstaven om Let te worden, maar kreeg nu een voorkeursbehandeling wegens zijn grote verdienste voor de cultuur van zijn land. Jansons behoudt overigens zijn Russische nationaliteit.

Zijn blijdschap liet de dirigent gisteravond tijdens het concert merken. Het enthousiasme sloeg over op het publiek, dat om toegiften bleef smeken.

Koningin Beatrix sloot vandaag haar driedaagse staatsbezoek aan Letland af met een bezoek aan de marinestad Liepaja. Daar bezocht zij onder meer een oude stadswijk die door het vertrek van de Russen veranderd is in een spookstad en nu wordt opgeknapt.

Minister Bot van Buitenlandse Zaken, die de koningin vergezelt, toonde zich gisteren onder de indruk van de werklust van de Letten. Hij relativeerde de teleurstelling van een groot aantal inwoners van het land over de gevolgen van de toetreding tot de Europese Unie. „De economie was nooit met 10 procent gegroeid zonder de EU, en het effect manifesteert zich nu eenmaal niet van de ene op de andere dag.”

Hij prees president Vike-Freiberga. Hij ziet haar overigens niet als nieuwe secretaris-generaal van de Verenigde Naties, een functie waar ze voor genoemd wordt. Het is volgens hem de beurt aan de Aziaten om een opvolger te bieden.