Joint Strike Fighter staat sterker dan ooit
DEN HAAG - De vervanging van de F-16 is een gelopen race. De JSF staat sterker dan ooit. De vraag lijkt alleen nog wanneer de bestelling van 4,5 miljard het beste de deur uit kan. „Het wachten is tot de F-16’s uit de lucht vallen.”
Nederland zoekt voor 2020 een nieuw gevechtsvliegtuig. De huidige F-16 is niet alleen aan het eind van z’n Latijn, het voldoet ook niet meer aan de eisen die een moderne krijgsmacht in het digitale tijdperk stelt. Een nieuw Nederlands jachttoestel moet zowel doelen in de lucht als op de grond kunnen aanvallen.Nederland neemt deel aan de ontwikkeling van de Joint Strike Fighter (JSF). Ons land hoeft daarmee niet noodzakelijkerwijs te kiezen voor het Amerikaanse gevechtsvliegtuig, al staat deze sinds 2002 boven aan het verlanglijstje.
Officieel kan Defensie ook nog kiezen voor de Eurofighter of de Rafale. Aan beide Europese opties kleven echter steeds meer bezwaren, verklaarde schout-bij-nacht W. Nagtegaal vrijdag in Den Haag. Alleen als de JSF uiteindelijk tegenvalt, komen deze kandidaten nog in beeld.
Nadeel van de Eurofighter is dat deze alleen luchtverdedigingstaken krijgt. Een geavanceerde versie van deze Europese gevechtskist -mét mogelijkheid voor acties op gronddoelen- waar Nederland aanvankelijk wel oren naar had, blijkt niet in productie te worden genomen. Het aantal orders voor de Eurofighter blijft waarschijnlijk steken op de huidige 638 stuks.
Ook de kansen voor de Franse Rafale slinken. Het aantal types en verkooporders blijft beperkt. De Franse luchtmacht en marine hebben er 120 gekocht. Verder neemt tot nu toe alleen Saudi-Arabië 48 jagers af, met een optie op nog eens 48.
De JSF maakt volgens planning na de zomer zijn eerste testvlucht in de VS. Nederland koopt waarschijnlijk begin volgend jaar een eerste testtoestel. Twee andere proefexemplaren volgen in 2008. Daarmee kan Defensie vliegervaring opdoen met de carrosserie. De hightech software volgt drie jaar later.
Dollarkoers
Eind dit jaar moet het kabinet een besluit nemen of Nederland ook aan de volgende ontwikkelingsfase deelneemt. De vraag is daarna wanneer Nederland -al dan niet samen met Italië, Denemarken, Noorwegen en Turkije- eventueel het beste kan overgaan tot aankoop. Het antwoord is onder andere afhankelijk van de dollarkoers. „En van de vraag wanneer de F-16’s uit de lucht beginnen te vallen.”
Nederland denkt 85 gevechtstoestellen nodig te hebben. Daarmee is zo’n 4,5 miljard euro gemoeid. De belastingbetaler is niet goedkoper uit als Nederland niet langer meedoet met de ontwikkeling van de JSF, maar het toestel later kant-en-klaar koopt, zo blijkt uit een vrijdag gepresenteerde rapportage.
Vliegtuigen kopen is één, de machines onderhouden én up-to-date houden is twee. Daarbij is de JSF volgens militaire deskundigen de enige betaalbare optie. De software van een gevechtstoestel moet elke twee jaar worden vernieuwd. Zonder een grote partner als de VS zou dat onbetaalbaar zijn.
De emoties rond de vervanging van de F-16 lopen altijd hoog op. Sinds de eerste plannen zijn meer dan duizend Kamervragen gesteld. In het jongste nummer van Intermediair verklaart PvdA-Kamerlid Luuk Blom nog dat het afgelopen is met de JSF als zijn partij volgend jaar in het kabinet stapt. „Onder de PvdA wordt er niet één JSF gekocht.”
Het Amerikaanse gevechtsvliegtuig gooit echter hoge ogen. Zeker nu z’n Europese concurrenten aanmerkelijk mindere hoogvliegers blijken te zijn. Nederland levert een belangrijke bijdrage aan de bouw van de JSF, aldus Nagtegaal. „Van de 20.000 aansluitingen in de bekabeling waren er slechts vijf defect.”