In het open veld ligt de vijand op de loer, de mitrailleur in de aanslag om een ingenomen bruggenhoofd te verdedigen. Inslagen van de granaten van een fictieve Pantserhouwitser 2000 -het geavanceerde kanon waarvan er drie meegaan naar de Afghaanse provincie Uruzgan- moeten de terroristen afschrikken. Vanuit de bosrand ploegen enkele Leopard II-gevechtstanks met brullende motoren door het zand. Nog altijd schijnt de vijand geen aanstalten te maken zich terug te trekken. Pantserinfanterie-eenheden in hun YPR-rupsvoertuigen klaren de klus. De tegenstander wordt uitgeschakeld en de weg is vrij om het bruggenhoofd in te nemen. De Leopards kunnen ook bijtrekken.Het machtsvertoon van de 43 Gemechaniseerde Brigade is niet het enige waaraan bezoekers van de Landmachtdagen zich kunnen vergapen. In oorlogssituaties vallen gewonden. Zo is er op het terrein in Havelte ook een Mobiel Geneeskundig Operatiekamer Systeem (Mogos) te zien. Verderop staat de taak van de Explosieven Opruimingsdienst centraal.

De compound -vergelijkbaar met de bases in Uruzgan- geeft een indruk van hoe Nederlandse militairen er wonen en werken. De Pantserhouwitser 2000 staat fier met zijn loop naar boven gericht, alsof hij nu al het kamp moet bewaken. Hoe klein en nietig lijkt dan de Aladin die ernaast staat. Een miezerig onbemand verkenningsvliegtuigje met een groot brok techniek. Vier exemplaren gaan er mee naar Uruzgan.

De voorbereidingen voor die missie zijn intussen in volle gang. De Deployment Task Force (DTF) van meer dan duizend militairen legt de basis voor de komst van de Nederlandse hoofdmacht, die vanaf augustus voor twee jaar aan het werk gaat in het zuiden van Afghanistan. De commandant van de DTF, kolonel H. Morsink, stelde donderdag via een rechtstreekse satellietverbinding vanaf de luchthaven van Kandahar met een glimlach vast dat „de stemming er goed in zit. Het is hier met ruim 40 graden behoorlijk warm, maar de sfeer is geweldig.”

De aanhoudende stroom berichten dat de Taliban zich steeds nadrukkelijker manifesteren in Uruzgan, brengt Morsink niet van de wijs. „Vorige week hebben we de stamoudsten uit de provincie Uruzgan gesproken. Zij beloofden ons gastvrijheid en broederschap. Dat zegt in de Afghaanse cultuur heel wat.”

Mochten de Nederlandse patrouilles toch worden beschoten, dan zullen de militairen volgens Morsink niet terugdeinzen om het vuur te beantwoorden. „En gelukkig schieten we ook raak.”

Commandant landstrijdkrachten luitenant-generaal P. van Uhm sprak donderdag zijn vertrouwen uit in de missie naar zuidelijk Afghanistan. „Mijn militairen zijn goed opgeleid en klaar voor Uruzgan.”

Ondanks dat het volgens hem om een complexe missie gaat, zegt hij er alle vertrouwen in te hebben dat het gaat lukken. „Alle ogen zijn gericht op onze taak in Uruzgan, maar die in Irak was ook niet zonder gevaar. We hebben het daar heel goed gedaan.”

Is de commandant niet bang dat de steun van de Nederlandse bevolking snel zal afkalven als er dodelijke slachtoffers gaan vallen? „Nee, want dat kunnen we uitleggen.”