Binnenland

„Terugkeerbeleid asielzoekers kan beter”

UTRECHT - Te veel uitgeprocedeerde asielzoekers belanden in de illegaliteit. Dat vindt de Utrechtse wethouder J. L. Spekman. Dat het ook anders kan, bewijst volgens hem de aanpak van zijn gemeente. „Wij bereiken op het gebied van terugkeer betere resultaten dan wat we landelijk zien.”

26 April 2006 11:22Gewijzigd op 14 November 2020 03:41
SPEKMAN…niemand de illegaliteit in…
SPEKMAN…niemand de illegaliteit in…

Spekman (PvdA) timmert aan de weg met de plaatselijke opvang en begeleiding van (uitgeprocedeerde) asielzoekers. Vorige week haalde hij het nieuws met zijn bewering dat de Utrechtse methode effectiever, goedkoper en humaner zou zijn dan het rijksbeleid. Donderdag mag hij zijn visie uiteenzetten tijdens het congres ”Asielbeleid: opvang en terugkeer” in Leiden. Werkers uit vluchtelingenorganisaties en gemeenten bezinnen zich tijdens die bijeenkomst op mogelijkheden en knelpunten in het lokale beleid.In Utrecht heeft de wethouder van sociale zaken onder meer te maken met een asielzoekerscentrum (azc) dat zo’n 150 bewoners telt. De gemeente is bovendien actief betrokken bij noodopvang van zestig asielzoekers. Het gaat volgens Spekman om twee groepen. „Er zijn mensen die, bijvoorbeeld op medische gronden, nog een procedure hebben lopen. Daarnaast zijn er uitgeprocedeerden die wel terug willen, maar niet terug kunnen, omdat de ambassade in het land van herkomst niet meewerkt. Die groepen vangen wij op.”

Utrecht is een van de gemeenten die weigert uitgeprocedeerde asielzoekers op straat te zetten als ze geen recht op opvang door het Rijk meer hebben. „Ze moeten daadwerkelijk terugkeren naar hun land of een kans krijgen om hier een goede toekomst op te bouwen. Ons uitgangspunt is: niemand de illegaliteit in.”

Een groep die bijzondere aandacht nodig heeft, zijn volgens Spekman alleenstaande minderjarige asielzoekers (ama’s). „Onder hen zijn ex-kindsoldaten uit Afrikaanse landen. Vanaf hun achttiende verjaardag krijgen ze geen leefgeld meer van de rijksoverheid. Ze lopen een groot risico verslaafd te raken en af te glijden naar een crimineel milieu.

Een van die jongens belandde uiteindelijk vanwege criminele activiteiten in de gevangenis. Toen hij vrijkwam, is hij met begeleiding van ons project alsnog naar Afrika teruggekeerd. Belangrijk hierbij is dat een begeleider een vertrouwensband met de vreemdeling opbouwt. Deze vertrouwensbasis is essentieel voor het ontwikkelen van een perspectief. We werken hiervoor met professioneel getrainde krachten.”

Spekman vraagt eveneens aandacht voor de situatie van vrouwelijke ex-ama’s die uit China naar Nederland zijn gehaald voor gedwongen prostitutie. „Veel meiden hebben, hoe jong ze ook zijn, een zwaar leven achter de rug. Als ze op straat belanden, komen ze linea recta weer in de prostitutie terecht, in Utrecht of daarbuiten.”

De wethouder noemt ook het voorbeeld van een meisje uit Sierra Leone dat vanuit een uitzetcentrum op straat belandde, zonder enige perspectief. „In Utrecht zette een conducteur haar uit de trein. Zij werd het slachtoffer van stelselmatige groepsverkrachting. Dat mag in onze stad niet gebeuren. Zo’n meisje vangen we dus op en proberen we een toekomst te bieden. Het gaat hier om uiterste kwetsbare groepen.”

U spreekt van een succesvolle aanpak. Wat is het geheim daarvan?
„Wij stellen het perspectief van de mensen centraal. Sommigen in de noodopvang hebben nog een procedure lopen, maar krijgen geen opvang van de rijksoverheid meer. Van hen krijgt ongeveer een derde na verloop van tijd alsnog een verblijfsvergunning. Als mensen geen kans meer hebben om in Nederland te blijven, richten we ons volledig op het perspectief van terugkeer. We geven daarbij ook goede voorlichting over wat het leven in illegaliteit betekent. Dan beseffen de meesten dat dit geen perspectief biedt. Wij bereiken op het gebied van terugkeer in Utrecht betere resultaten dan wat we landelijk zien.”

Hoe gaat u om met uitgeprocedeerden die koste wat het kost in Nederland willen blijven, terwijl ze gewoon het land moeten verlaten?
„Van zulke mensen trekken we onze handen af. Hun kunnen we geen opvang meer bieden. Maar dat zijn echt uitzonderingen. In de afgelopen jaren is dat maar enkele keren voorgekomen.”

Verschilt uw aanpak alleen in de praktische uitvoering van het rijksbeleid of gaat er ten diepste een andere visie op het hele asielvraagstuk achter schuil?
„Onze aanpak, die een brede steun in de gemeenteraad heeft, vloeit voort uit een botsing van het landelijke beleid met de praktijk van alledag. In Den Haag lijkt de aanpak soms belangrijker te zijn dan het doel. Wij stellen het doel voorop. Daarvoor vangen we bijvoorbeeld iemand die aan terugkeer meewerkt wel eens langer op dan de vastgestelde termijn. Die termijn is voor ons minder van belang dan het feit dat iemand daadwerkelijk terugkeert. Elke persoon die op straat belandt, is er één te veel.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer