„Geschiedschrijving over Joden klopt niet”
AMSTERDAM - Geschiedschrijvers in Nederland schetsen een „incorrect” beeld van de kennis die ten tijde van de Tweede Wereldoorlog bestond over het lot dat weggevoerde Joden in vernietigingskampen stond te wachten.
Die kritiek uit de Amsterdamse auteur I. Vuijsje in zijn donderdag verschenen boek ”Tegen beter weten in. Zelfbedrog en ontkenning in de Nederlandse geschiedschrijving over de Jodenvervolging”.Vuijsje stelt dat onder anderen de bekende geschiedschrijver dr. Loe de Jong, auteur van het standaardwerk ”Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog”, de feiten op dit punt niet juist weergeeft.
De stelling van De Jong dat de meeste Nederlanders niet wisten welk verschrikkelijk lot de weggevoerde Joden wachtte, deugt volgens de Amsterdamse auteur niet. Vuijsje zegt dat velen wél al in de oorlog beseften dat Joden werden vermoord in vernietigingskampen.
Woordvoerder David Barnouw van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) vindt de stelling dat Nederlandse geschiedschrijvers de historie geweld aandoen „nogal vergaand.”
Dr. Loe de Jong maakt wel degelijk melding van geruchten over massavernietiging van Joden ten tijde van de oorlog, zegt Barnouw. „Loe de Jong worstelt met dat punt. Hij zegt dat sommige mensen het wisten of konden weten, anderen vreesden de vernietiging van Joden en weer een andere categorie kon of wilde het niet geloven. Het is ook onbegrijpelijk: de systematische vernietiging van miljoenen Joden. Vergeet niet dat we nu in de schaduw van Auschwitz leven. We hebben nu meer kennis over wat er is gebeurd. In de oorlog was dat anders. Toen was Duitsland, weliswaar geleid door de bende van Hitler, voor velen nog het fatsoenlijke land van iemand als Goethe.”