Krentenbaard komt meestal voor bij kinderen en uit zich vaak het eerst op het gezicht, waarna het zich over het lichaam kan verspreiden.De bacterie komt vooral voor in het zuiden van Nederland en in plattelandsgebieden.

Nivel baseert zich op onderzoek van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam. De conclusies zijn gefundeerd op het aantal keren dat een huisarts met de bacterie te maken kreeg. Het is onduidelijk of de ziekte vaker voorkomt of dat ouders er sneller mee naar de dokter stappen dan vroeger. De onderzoekers hebben daar geen duidelijk antwoord op.

Aan de ene kant zijn er aanwijzingen dat de bacterie die de uitslag veroorzaakt steeds resistenter wordt en dus langer besmettelijk blijft. Aan de andere kant kan het zijn dat ouders de uitslag niet esthetisch vinden, of dat scholen of crèches de kinderen niet willen toelaten wegens besmettingsgevaar.

In 1987 hadden 16,5 kinderen per duizend krentenbaard. In 2001 waren dat er 20,6.