Eis: dertig maanden cel tegen vader Kas
UTRECHT - Tegen voormalig rijschoolhouder H. Kas uit Zeist is donderdagmorgen voor de rechtbank in Utrecht dertig maanden cel geëist, waarvan tien voorwaardelijk. Ook vraagt het openbaar ministerie om een proeftijd van drie jaar en wil justitie dat Kas onder toezicht blijft van de reclassering.
Kas wordt poging tot brandstichting in zijn woning, oplichting van klanten van zijn rijschool en verduistering van een huurauto ten laste gelegd.De verdachte ontkende donderdagmorgen de beschuldiging dat hij brand zou hebben willen stichten in Zeist. Wel erkent hij de verduistering van de huurauto waarmee hij met zijn vrouw en vier kinderen van augustus tot november in onder meer Duitsland rondreed. Hij verklaarde daartoe te zijn overgegaan vanwege de druk die op hem zou zijn gelegd door het Bureau Jeugdzorg. Dat plaatste eerder vorig jaar twee kinderen uit het gezin uit huis. Andere kinderen zouden mogelijk volgen.
Tijdens de behandeling van de zaak donderdagmorgen werd op verzoek van de verdediging de echtgenote van Kas als getuige gehoord. Zij onderschreef de belastende verklaring die ze had afgelegd bij de politie. Tijdens verhoren vertelde ze de politie dat haar man haar had laten weten dat hij in hun woning de gaskraan had opengedraaid, in een poging om brand te stichten.
Een functionaris van de reclassering beschreef Kas tijdens de zitting als „een dominante man, met weinig zelfkennis en zelfinzicht.”
Zelf ontkende Kas dat. Hij vond dat er een te negatief beeld over hem werd neergezet door de reclassering. Kas ziet zichzelf „niet als achterdochtig, wel voorzichtig.”
Advocaat Veldman vond dat voor haar cliënt een werkstraf, in combinatie met een voorwaardelijke straf meer op zijn plaats zou zijn. Ook bepleitte ze onmiddellijke invrijheidsstelling van haar cliënt, die nu nog in voorarrest zit. Dat verzoek werd door de rechtbank afgewezen.
Uitspraak over veertien dagen.