Binnenland

Tempelen in een Urker serre

URK - „Kijk, dat is het marktplein waar de Heere Jezus de tafels van de geldhandelaars omvergooide”, wijst Riekelt Woort (18) uit Urk aan. Samen met andere familieleden bouwde hij de tempel van Herodes op schaal na. Vanaf woensdag kunnen bezoekers het unieke bouwwerk bezichtigen.

Janita ten Voorde
14 March 2006 10:27Gewijzigd op 14 November 2020 03:33
Riekelt Woort (18) uit Urk bouwde samen met andere familieleden de tempel van Herodes op schaal na. „Elke dinsdagavond kwamen we met de hele familie bij elkaar. Tempelen noemden we dat. Ik denk dat er in totaal wel 1800 uur werk in zit.” Vanaf morgen kunn
Riekelt Woort (18) uit Urk bouwde samen met andere familieleden de tempel van Herodes op schaal na. „Elke dinsdagavond kwamen we met de hele familie bij elkaar. Tempelen noemden we dat. Ik denk dat er in totaal wel 1800 uur werk in zit.” Vanaf morgen kunn

Wie de serre van de familie Woort uit Urk binnenkomt, ziet de tempel direct staan. Het grote bouwwerk met witte torens en glinsterende gouden daken meet in totaal 4 bij 4 meter en vult bijna de gehele ruimte. „In het echt besloeg de tempel twee derde van de oude stad Jeruzalem. De mensen noemden het wel het achtste wereldwonder”, zegt Riekelt.De scholier van het Emelwerda college in Emmeloord weet veel te vertellen over het bijzondere gebouw. „Koning Salomo bouwde de eerste tempel. Herodes liet de tempel uitbreiden, om in de gunst te komen bij de Joden”, zo legt Riekelt uit.

Toch was hij niet degene die op het idee kwam om het gebouw te reconstrueren. Dat plan ontstond 27 jaar geleden, toen de opa van Riekelt, E. de Boer, leider was van een jeugdclub in Urk. Riekelt: „Met de jongens en meisjes zocht hij iets waar hij langere tijd aan kon werken. Het nabouwen van de tempel van Herodes leek hem een interessant project.”

Met hulp van 200 Urker jongens en meisjes was het schaalmodel binnen twee jaar klaar. Op de tentoonstelling die in 1979 volgde, kwamen meer dan 6000 bezoekers op af. Daarna belandde het bouwwerk in dozen op zolder in het huis van Riekelts opa.

Vorig jaar moest het huis worden gesloopt. Omdat zijn opa inmiddels was overleden, ruimden Riekelt en zijn tante de zolder op. Daarbij stuitten ze op het bouwpakket. „We wilden het met het sloopbedrijf meegeven, maar op de afgesproken dag was het bedrijf verhinderd. Op de tweede dag zat de bulldozer vast bij stakingen in Amsterdam en op de derde dag gebeurde er een ongeluk met de shovel. Mijn tante en ik kregen het idee: Deze tempel mag niet worden vernietigd. Wij voelden ons geroepen om het gebouw van de ondergang te redden”, zegt Riekelt.

Samen met zijn tante, zusjes, neefjes en nichtjes gaat hij aan de slag. Het begin is niet veelbelovend. „De lijm had losgelaten, alle pilaren waren kapot; het zag er echt krakkemikkig uit. Bovendien hadden wij geen idee hoe de tempel eruit had gezien.”

Gelukkig vindt de familie in een van de dozen een grote plaat van het gebouw. Volgens Riekelt begint dan het lastigste werk. „Het was een grote puzzel. We hadden allemaal losse elementen, die we aan de hand van de poster moesten neerleggen. Daar zijn we echt lang mee bezig geweest.”

Ook het reparatiewerk kostte de nodige tijd. „De daken van goudpapier waren dof geworden. Daarom beplakten we die opnieuw. Ook de tegeltjes van de mozaïekvloer lijmden wij een voor een weer vast. Er was genoeg te doen.”

De jonge bouwvakkers werken voornamelijk in de avonduren aan het project. „Elke dinsdagavond kwamen we met de hele familie bij elkaar. Tempelen noemden we dat. Ik denk dat er in totaal wel 1800 uur werk in zit”, schat Riekelt.

Na zeven maanden hard werken is de tempel bijna klaar. „De klaagmuur moet nog”, vertelt Riekelt. Hij wijst op enkele plankjes hout, waarop geel geverfde gipssteentjes zijn geplakt. „Ik dacht altijd dat het de originele muur van het tempelgebouw was, maar het is een soort fundering. Dat is leuk om te ontdekken.”

„Kijk, dat is het marktplein waar de Heere Jezus de tafels van de geldhandelaars omver gooide.” Riekelt wijst naar een groot plein aan de rechterkant van de tempel, waarvan de helft bestaat uit kleine, kleurige mozaïeksteentjes. „De andere helft moeten we nog leggen.”

Woensdag moet alles klaar zijn, want dan kunnen bezoekers een kijkje nemen in de Urker serre. Riekelt verwacht niet het bezoekersaantal van 1979 te evenaren. „Ik ben al heel tevreden als ik de kosten voor de restauratie eruit haal. Daarom vragen we 50 cent per bezoeker.”

Komt de tempel na de tentoonstelling weer op zolder te staan? „We hopen dat een instelling het bouwwerk wil meenemen. Hij is nu zo mooi”, zegt Riekelt hoopvol.

Eigenlijk vindt hij het wel jammer dat er een einde is gekomen aan het knutselwerk. „Het was een leuke tijdsbesteding. Misschien beginnen we ooit nog aan een eigen project. Eerst maar eens deze tentoonstelling afwachten.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer