Binnenland

Rotterdamse haven kan altijd veiliger

ROTTERDAM - Hoewel de Rotterdamse haven ook in het afgelopen jaar weinig incidenten kende, blijft havenmeester J. Lems zoeken naar verbeterpunten, zowel boven als onder water. „We moeten scherp blijven.” Zo wil Lems minder stuurloze schepen en betere onderwaterdetectie.

Frank van de Beek
22 February 2006 08:37Gewijzigd op 14 November 2020 03:29

„Onwaarschijnlijk veilig.” Zo noemde havenmeester J. Lems van Havenbedrijf Rotterdam het jaar 2005, dinsdag tijdens de presentatie van de nautische jaarcijfers. Het aantal ongevallen is gedaald van 128 in 2004 naar 99 in 2005. Het gaat dan om aanvaringen tussen schepen of botsingen met objecten zoals boeien of kades. Volgens Lems waren er slechts drie incidenten waarbij schepen elkaar raakten. Bij de ongevallen deden zich geen persoonlijke ongelukken voor.Op een totaal van 85.630 scheepsbewegingen, uitgevoerd door 35.000 zeeschepen, zijn deze getallen te verwaarlozen, zegt Lems. Inclusief binnenvaartschepen telt het aantal scheepsbewegingen in het Rotterdamse havencomplex een miljoen.

Toch is er een minpuntje. Het aantal zogeheten black-outs nam vorig jaar toe. Bij een black-out valt bijvoorbeeld de scheepsmotor of stuurmachinekamer uit waardoor een schip enige tijd stuurloos is. Als een zeeschip in de haven ronddobbert, is het gevaar van een ongeval groter. In 2004 stokte de teller nog bij tien, vorig jaar moest Lems 21 stuurloze schepen noteren. In geen van de gevallen leidde dit overigens tot een ongeval.

De havenmeester constateert dat black-outs zich ook in toenemende mate in andere Europese havens voordoen. Het probleem ontstaat in veel gevallen als een schip overschakelt van zware stookolie op lichtere olie. De tweede brandstofsoort maakt het manoeuvreren in de haven eenvoudiger.

Omdat manoeuvreerolie duurder is, stelt de bemanning de overschakeling zo lang mogelijk uit. „Verder bezuinigen rederijen op onderhoudskosten, waardoor eerder technische problemen ontstaan.”

Om de toenemende black-outs een halt toe te roepen, gaat de Rotterdamse haven schepen verplichten voor het binnenvaren van de territoriale wateren over te schakelen naar de lichtere brandstofsoort. „Verder willen we dat de bemanning alle handelingen verricht om van ’zeebedrijf’ naar ’havenbedrijf’ om te schakelen.”

Lems kondigde dinsdag nog een veiligheidsmaatregel aan. Bij het aanmeren verlaat de stuurman dikwijls de brug en maakt hij gebruik van een mobiel bedieningspaneel. Die overschakeling is een kwetsbaar moment. „Vanaf dit jaar mogen schepen alleen overschakelen als ze stilliggen.”

Het verlanglijstje van de havenmeester is langer. Zo is het Havenbedrijf Rotterdam samen met de Koninklijke Marine, de politie en de TU Delft op zoek naar geschikte onderwaterdetectieapparatuur. De huidige sonarapparatuur van de marine voldoet niet. „Het is nog niet vriendelijk genoeg. De apparatuur geeft te vaak vals alarm en dat schopt de hele organisatie in de war.”

Aanleiding voor de zoektocht naar een nieuwe oplossing is een ongeval met een smokkelaar die half januari gewond raakte bij een duik naar cocaïne. De drugs waren bevestigd aan de romp van een zeeschip. Roeiers ontdekten de man, die zich ondanks zijn verwondingen lange tijd probeerde schuil te houden. De duiker was tegen de schroef van het vertrekkende schip gezwommen.

Lems wil meer schepen onder de waterlijn scannen om smokkelwaar op te sporen. „Dat kan eventueel via vaste straalzenders aan de wal, maar ook door mobiele apparatuur. Het is overigens niet de bedoeling om alle binnenkomende schepen te controleren op eventuele illegale waar. Denk bijvoorbeeld aan risicoschepen waarover de inlichtingendienst AIVD informatie geeft.”

Voorlopig treft de havenmeester vooral voorzorgsmaatregelen. „Maar we moeten scherp blijven. Mensen hebben zo veel haast, we kunnen niet verslappen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer