Momenteel zijn de winkels in de Flevolandse groeigemeente nog twaalf zondagen per jaar open. Maar het college wil terrein winnen in de concurrentieslag met Amsterdam en BataviaStad, het outletcentrum in Lelystad.Oude grachtenpanden heeft Almere niet. Moderne architectuur des temeer. Voor het college een belangrijk argument om toeristen te lokken en om 52 zondagen per jaar de winkeldeuren te openen. Het voorstel krijgt steun van VVD, Leefbaar Almere en D66.

Fractievoorzitter C. J. Kuipers van D66 is een groot voorstander van de winkelopenstelling. „Almere krijgt een nieuw centrum dat van hoog architectonisch niveau is. Dat is tot in het buitenland bekend. Er komen veel mensen op af. Almere-Buiten heeft onder andere meubelzaken die veel mensen trekken en voor Almere-Haven zijn kunst en waterrecreatie de thema’s.”

Ze wil het liefst dat elke ondernemer zelf beslist op welk moment hij open is, binnen de uren dat winkels volgens de wet open mogen zijn. „Als iemand bijvoorbeeld vanwege zijn overtuiging op zaterdag gesloten wil zijn en op zondag open, moet dat kunnen. Ik vind dat je de openingstijden naar eigen inzicht moet kunnen inrichten. Bovendien worden mensen niet gedwongen hun winkels open te stellen en ook niet om te gaan winkelen.”

R. Pet van collegepartij GroenLinks keert zich fel tegen de voorstellen. „Ik verzet me tegen de gedachte van de consumptiemaatschappij. We moeten ook eens wat anders doen dan alleen winkelen. Zondagsrust hoort bij de Nederlandse traditie.”

Pet maakt zich ook zorgen over het winkelaanbod. „Kleine bedrijven hebben niet voldoende personeel om zeven dagen per week open te zijn. Maar daar worden ze haast wel toe gedwongen als andere ook elke dag open zijn. Op die manier blijven alleen de grote winkels over. Maar ook de kleine speciaalzaken moeten we behouden. Bovendien is het economisch niet aantrekkelijk. Dezelfde uitgaven worden nu verspreid over zeven dagen.”

Ook op het sociale vlak voorziet hij problemen. „Je ziet dat met name de lage sociale klasse de zondag zal gebruiken om met de kinderen door een winkelcentrum te slenteren, terwijl juist voor deze mensen sociale contacten erg nuttig zijn.”

Pet wuift het argument van architectonisch toerisme van de hand. „Er worden inderdaad drukbezochte architectonische rondleidingen gegeven, maar deze mensen komen echt niet om te shoppen. Bij toerisme denk ik in Almere vooral aan wandelen en aan het natuurgebied de Oostvaardersplassen.”

J. R. Hoving van de ChristenUnie, die vindt dat Almere eerst de evaluatie van de Winkeltijdenwet in de Tweede Kamer moet afwachten, is het met hem eens. „In de wet staat dat een gebied toeristisch moet zijn om alle zondagen open te gaan, maar Almere draait het om en wil toeristen lokken in plaats van dat het toeristisch is. Er zijn wel mooie gebieden, zoals de Oostvaardersplassen, maar dat is wat mij betreft niet voldoende voor een zondagsopenstelling van de winkels. En ja, er komen ook wel wat toeristen voor de architectuur.”

Het voordeel voor het college is volgens hem dat er niet meer hoeft te worden gecontroleerd op de illegale openstelling van winkels. „De ChristenUnie vindt echter dat de economie ten dienste staat van de mens en niet omgekeerd.” Daarnaast betoogt Hoving dat er gemeenschappelijke rustmomenten moeten zijn.

Hij verwacht dat het, als het vanavond op een stemming aan zal komen, spannend kan worden. Leefbaar Almere, VVD en D66 zullen namelijk voor openstelling stemmen, terwijl PvdA, CDA, GroenLinks en ChristenUnie tegen zijn. Van de vijf resterende kleine fracties is de ene uitgesproken voor koopzondagen en de andere weer tegen. Mogelijk wordt de doorslag gegeven door een raadslid dat onverhoopt niet meestemt met de eigen fractie.