Uit het onderzoek komt naar voren dat de uitbaters van discotheken het niet zo nauw nemen met het maximumaantal bezoekers. Ook is in een derde van deze uitgaansgelegenheden de vluchtroute niet goed aangegeven. In twee discotheken was door een hele reeks gebreken sprake van een „onveilige situatie", waarop de inspectiedienst direct heeft ingegrepen.In een aantal gevallen menen de VROM–inspecteurs dat het toezicht op de naleving van de regels beter kan. Dat blijkt onder meer uit bij bouw– en brandinspecties goedgekeurde scheidingswanden, die slecht bestand zijn tegen branddoorslag, waardoor het vuur zich toch snel door het pand kan verspreiden. Gemeenten en brandweer moeten daarom op dit gebied beter samenwerken, aldus de VROM–Inspectie.

Voor het onderzoek hebben de inspecteurs de brandveiligheid in dertig discotheken onderzocht. Naar aanleiding van de resultaten hebben VROM, discotheekeigenaren, gemeenten en de brancheorganisatie tips op een rijtje gezet om de brandveiligheid te verbeteren.

Een woordvoerder van Koninklijk Horeca Nederland (KHN) stelt dat de VROM–Inspectie een „te somber beeld schetst". De brancheorganisatie van onder meer discotheken wijst erop dat de uitgaansgelegenheden sinds de ramp in Volendam fors hebben geïnvesteerd in veiligheid.

„Sinds Volendam zijn er geen serieuze incidenten meer geweest. De inspectie heeft een aantal tekortkomingen geconstateerd, maar die hebben niet geleid tot gevaarlijke situaties. De Nederlandse discotheken zijn gewoon veilig". KHN erkent dat er disco’s zijn die soms meer bezoekers binnenlaten dan wenselijk is. „Maar dat zijn incidenten. De meeste ondernemers houden zich netjes aan de regels, ook al omdat er erg veel wordt gecontroleerd door bijvoorbeeld de brandweer en de gemeenten".